75 „schriften in, alle strekkende om, krachtens de hinderwet, ver dunning te hekomen tot het hewaren en verwerken van loni- „pen en heenderen in bepaalde perceelen. „Achtereenvolgens werden deze verzoekschriften gesteld in „handen van den heer inspecteur van het geneeskundig staats toezicht voor Zeeland en westelijk Noord-Brabant, en daarna „gezamenlijk in handen van de gezondheidscommissie alhier, „met verzoek daaromtrent te willen dienen van advies, doch „eenparig luidde het gevoelen, dat onverantwoordelijk zou wor- „den gehandeld, als de gevraagde vergunningen verleend wer- „den. De ontvangen adviezen worden hierbij in originali over gelegd. „Waar het alzoo vaststaat, dat burgemeester en wethouders, „in het belang der openbare gezondheid, de voorbedoelde aan dragen om vergunning zullen weigeren, hebben zij echter ge- „meend den raad te moeten voorstellen de verordening in het „leven te roepen, waarvan het ontwei*}) hierbij gaat, ten einde „belanghebbenden de gelegenheid te openen hunne zaken te „blijven voortzetten." Op voorstel des voorzitters werd toen besloten deze ontwerp- erordening niet bijlagen te stellen om praeadvies in handen van de commissie voor de strafverordeningen. Bij monde des voorzitters werd in uwe zitting van den 25. Augustus 1900, namens de commissie voor de strafverordenin gen, medegedeeld, dat bij die commissie tegen de voorbedoelde verordening geen bedenking bestond, waarna besloten werd de stukken ter visie te leggen voor de leden. De zaak kwam opnieuw aan de orde in uwe zitting van den 15. September 1900, toen de verordening, zonder bedenking, werd goedgekeurd, met bepaling, dat zij in werking zoude tre den den lsten November 1900. Afschrift daarvan werd gezonden aan de Gedeputeerde Staten dezer provincie, wier

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1900 | | pagina 92