81
IX. De beschrijving dezer zaak vangt aan blz. 180, verslag 1899,
bestelling6'an» en eindigde daar met het vermelden van uw besluit, om het
'ie schoou'tS' a,h'es van bestuur van den It. K. Volksbond, strekkende
i zjo~ok om maatregelen te willen nemen, dat het werken op hestelling
No. xxxv. aan de ambachtsschool zou ophouden, ter fine van praeadvies
te verzenden aan de commissie van beheer der ambachtsschool.
Deze commissie diende in uwe vergadering van den 13. Ja
nuari 1900 een met veel zorg en met veel overtuiging bewerkt
rapport in, waarvan wij, met het oog op de beschikbare plaats
ruimte, slechts het volgende te dezer plaatse kunnen over
nemen
„Wij meenen met het bovenstaande de grieven van adres
santen te hebben weerlegd, doch wenschen daaraan eenige
„beschouwingen toe te voegen.
„Het zal den adressanten zoowel als ons bekend zijn, dat het
„voor het aanleeren van een handwerk een bepaald vereischte
„is, dat door de leerlingen voorwerpen worden vervaardigd,
„ieder in het vak dat hij gekozen heeft en dat die voorwerpen
„op de natuurlijke of ware grootte worden uitgevoerd.
„Wij zouden ons niet verantwoord achten, indien wij aan
„het onderwijs eene andere richting gaven en ons bepaalden
„tot het laten maken van voorwerpen in miniatuur of enkel
„tot het geven van teekenonderwijs, boetseeren enz.
„Immers, daardoor zouden de leerlingen niet alleen door de
„ambachtsschool onbekwaam worden afgeleverd, doch zij zou-
„den dan wellicht, met het oog op hunnen alsdan bereikten
„leeftijd, nimmer bekwame of geschikte ambachtslieden wor-
„den.
„Wij zouden vormen jongelieden, welke later, als man, zou-
„den blijken ongeschikt te zijn om het handwerk uit te oefe-
„nen, en te weinig ontwikkeld, om als chef van eene of andere
„industrieele inrichting op te treden.
