118
Werd deze, behoudens nog eene enkele opmerking van den
heer Jacoby ten opzichte van art. 3, met algemeene stemmen
aangenomen.
Werden in art. 13 der voorbedoelde verordening alle vorige
op dit stuk bestaande verordeningen of besluiten, bij het in
werking treden dier verordening, ingetrokken, eene uitzonde
ring echter werd daarop gemaakt ten aanzien van art. 4 dei-
verordening van 17 November 1900, dat gehandhaafd bleef
tot 1 October 1902.
In onze memorie van toelichting teekenden wij daaromtrent
aan het volgende
Het geven van herhalingsonderwijs en de daarvoor toe te hen-
,,nen belooningen zijn bij de urtt. 17 en 2Gbis der ivet op het lager
onderwijs nader geregeld. Deze bepalingen, wat de bezoldiging
betreft, treden eerst in werking 1 November 1902. Wenschelijk is
„het daarom de bestaande regeling te behouden tot 1 October 1902."
21 SEPTEMBER 1901.
XLIV De dames van het comité voor de naaiavonden alhier ver-
Het weder te. zochten, om, evenals den vorigen winter, kosteloos in gebruik
len van schooi-te mogen hebben eenige lokalen van de school aan de Hout-
het^onderHcht martj ten einde daarin kosteloos onderwijs in de nuttige
in handwerken handwerken te verstrekken.
dooreen dames-
comité. Dit verzoek werd zonder bedenking toegestaan.
26 OCTOBER 1901.
Op het daartoe strekkend verzoek van deafdeeling „Breda"
Het Xwedér he-van de Nood-Brabantsche maatschappij van landbouw, werd
schikbaar stel- (j00r jj zon(jer bedenking besloten, ten behoeve van den land-
len van school-
lokalen voor bouwcursus, dienst 1901/1902, weder, evenals vorige jaren,
cumisfmï— de noodige lokalen van de school aan de Boschstraat, met
1902. verwarming en verlichting, beschikbaar te stellen.