119
26 OCTOBEB 1901.
XLYi. ons voorstel, ter zake in margine genoemd, luidde als volgt
Het rooien van
eigenTe'hèer "®e en kastanjeboomen op het verhoogde voetpad in de
Zie ook: XIII. „Sophiastraat staan slechts ongeveer 5 M. in de rij en de beide
„rijen maar 7.7 M. van elkanderte weinig afstand dus voor de
„ontwikkeling der kruinen dier houtsoorten. De tijd is gekomen,
„deze kastanjeboomen tot behoud der linden te doen rooien.
„Wel is waar zijn de kastanjeboomen zwaarder dan de linden,
„doch door die te behouden, in plaats van de linden, krijgt men
„eene onregelmatige verdeeling, wijl de twee eerste en de twee
„laatste linden recht over elk middelpunt der koppen van het ver
hoogde voetpad zijn geplant.
„Daarbij genomen het voortdurend afslaan der kastanjebloesems
„en het gooien daarnaar, wat later ook met de vruchten gebeurt,
„waardoor de bewoners dier straat veel last ondervinden, was het
,,'t best de kastanjeboomen te doen rooien en de linden te behouden.
„De linden zijn van eene zachte houtsoort, die zich ook gemakkelijk
„door snoeien laat vormen.
„Krijgen deze linden door het wegnemen der kastanjes meer
„ruimte, dan zullen ze ook spoedig de gewenschte schaduw geven
„en zijn ze voor de toekomst behouden.
„Wat van den afstand en de vruchten der boomen in de Sophia-
straat gezegd is, geldt ook voor de boomen in de Vierwindenstraat,
„de Van Goorstraat en de Godevaert Montensstraat. In deze straten
„zijn om de beurt eiken en linden geplant.
„De eiken groeien slecht en onregelmatig, omdat ze in hun groei
„te veel belemmerd worden door de linden, die daar welig groeien.
„Door hier de eiken weg te nemen, zullen de linden er een regel-
matig geheel vormen.
„Ter bevordering eener goede beplanting komen wij tot de con
clusie, U voor te stellen, de aangewezen boomen te doen rooien."
Dit voorstel werd zonder bedenking door uwe vergadering
goedgekeurd.
