125
Na beraadslaging over de vraag, door den heer Van Dam
gesteld, of het vorenstaande voorstel om praeadvies aan
burgemeester en wethouders zou gezonden worden, aan welke
beraadslaging deelnamen de heeren Scheltus, Van Dam, Sassen,
Teychiné, Verschraage en de voorzitter, werd op die vraag,
bij stemming, eene bevestigende beslissing genomen. Wel
was de zaak bereids door ons in ernstige overweging genomen,
doch op het einde des jaars konden wij U den uitslag daarvan
nog niet doen kennen.
26 OCTOBER 1901.
L. De ter zijde genoemde aanvrage kwam ter tafel in uwe
de r*,u*dpr°ur bovengenoemde vergadering en was gegrond op de uitbreiding
S'maauamtotg" ^er lijnen van de bedoelde maatschappij, waarvoor door de
verlenging gemeentebesturen van Tilburg en Dongen concessie was ver-
harer concessie
tot 3i Dec. leend tot ultimo December 1939.
1939
Alvorens te beslissen wenschte U te dier zake ons prae
advies te kennen, dat wij echter op het einde des jaars nog
niet hadden vastgesteld.
26 OCTOBER 1901.
Li. Door den heer Jacoby werd gewezen op de onvoldoende
'ouT'deL'6 verlichting van de Leuvenaarstraat aan den kant der Diest-
toestjfmi n^op straat en van het straatje genaamd Groot Mosterd veld, waar
bepaalde plaat-in 't geheel geen licht is. Verder deed spreker opmerken,
sen, van de
veriiciiting en dat op den Haagdijk een pleintje is, waarop zich vijf woningen
van faecaiiën. bevinden, genummerd 121 131, met slechts één privaat,
dat uitloost in een houten bak, die boven den beganen grond
staat.
De voorzitter deed den interpellant de toezegging, dat door
hem de zaak in onderzoek zou genomen worden.
Nadat dit onderzoek was afgeloopeji, leidde dit tot verbete
ring van den bestaanden toestand.