149
II.
Schuldaflossing
De volgende schuldaflossingen hebben in 1901 plaats gehad
a. Van eene schuldbekentenis, groot f1000,3%, van de ge
converteerde oude schuld, tegen den koers van 89.
b. Zijn uitgeloot twintig aandeelen, elk groot f 1000,van
de leening groot f 1 000 000,—, 34%, betaalbaar op 1 Januari
1902, volgens het plan dier leening.
c. Zijn uitgeloot twee aandeelen, elk groot f 1000,van de
leening groot f500 000,34%, volgens het plan dier leening.
d. Zijn uitgeloot twee schuldbekentenissen, elk groot f1000,
34%, van de leening 1897, rijkspostspaarbank, groot f120000.
e. Zijn uitgeloot twee schuldbekentenissen, elk groot f1000,
4%, van de leening 1900, rijkspostspaarbank, groot f140000.
III.
Schuld der gemeente.
Deze bedroeg op 31 December 1901
a. Gevestigde renten
b. Oude schuld 3% (niet geconverteerd) groot
c. Oude schuld (geconverteerd) na aflossing alsnog
groot
d. Leening dato 16 Augustus 1886, groot f 1000000,
34%, na aflossing alsnog groot
e. Leening dato 6 Juli 1893, groot f500000, 34%.,
na aflossing alsnog groot
f. Leening dato 20 Maart 1897, groot 120000, 34%,
rijkspostspaarbank, na aflossing alsnog groot
g. Leening dato 1 November 1900, groot f140000,
4%, rijkspostspaarbank, na aflossing alsnog
groot
f 2719,614
19925,—
384205,—
700000,—
491000,—
112000,—
138000,—