156 „Het maximum van het aantal vergunningen bedraagt in uwe „gemeente 65. Op 31 December 1900 bestonden 150 vergunningen. „Het wettelijk maximum is derhalve ver overschreden. „De vergunning, verleend aan voormeld bestuur, is verleend in „strijd met art. 3 sub 1 in verband met art. 2 der drankwet. Boven- „dien is de verleende vergunning gegeven in strijd met artikel 5 der „drankwet. Dit artikel bepaalt, dat het verzoekschrift om vergun- „ning tot het verkoopen van sterken drank in het klein, zoodra het „is ingekomen, door burgemeester en wethouders op de in de ge- „meente gebruikelijke wijze, wordt ter openbare kennis gebracht. „Voorts, dat binnen eene maand, nadat deze bekendmaking is ge schied, op het verzoek schriftelijk wordt beschikt. „Het verzoekschrift is bij U ingediend op den 25. April j.l., op „denzelfden dag heeft de bekendmaking plaats gehad en is de ver dunning verleend. „Op zonderlinge wijze is in deze zaak door U gehandeld. ;>Wij geven U in overweging, die vergunning, overeenkomstig „art. 9 sub 1 der drankwet in te trekken. Mocht uw college daar tegen bezwaren hebben, dan verzoeken wij U daarvan bericht, „onder terugzending van bijgaand besluit, nadat het mede voor „afschrift door den burgemeester zal zijn geteekend." Een brief van gelijken inhoud ontvingen wij van de gedeputeerde staten met betrekking tot de zaak-Schulz-Aachener Exportbier Brauerei Actien-Gesellschaft. In afzonderlijke brieven antwoordden wij hierop het volgende „Uw zienswijze ten aanzien der vergunning, verleend aan August ,,Schulz en de Aachener Exportbier Brauerei Actien-Gesellschaft, ,,te Valkenberg en F. H. Sclilusser en het bestuur der vereeniging Concordiakunnen wij tot onzen spijt niet deelen. „Door IJ wordt beweerd, dat de vergunning, verleend aan „August Schulz is gegrond op de wet van 27 April 1901 (Staats- „F. H. Schlusser blad no. 85).

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1901 | | pagina 176