208
Voor het onderhoud van privaat- en slagerstonnen en het aan
schaffen en onderhouden van schepemmers werd uitgegeven
ƒ333,53.
Het onderhoud van karren, wagens en beertenders vorderde eene
uitgaaf van 529,03.
Het aanschaffen van eenige nieuwe en het herstellen van paarden
tuigen beloopt te zamen een bedrag van 293,35.
Voor het hoefbeslag en het op scherp zetten der paarden in de
wintermaanden werd volgens aannemingssom uitgegeven eene
som van ƒ233,87.
Voor schoppen, rieken en ander klein materieel, alsmede voor
wagensmeer, olie, poetskatoen en desinfectiemiddelen was benoo-
digd eene som van ƒ233,55.
D. Straatreiniging en hei ophalen van huisvuil.
Deze dienst heeft geene wijziging ondergaan.
E. Wisseltonnenstelsel.
Door het meer en meer in gebruik stellen van beerputten wordt
het aantal privaat-tonnen beduidend ingekort, zoodat wederom een
tonnenwagen is vervallen. Thans zijn er nog 6 tonnenwagens in
dienst.
In het geheel zijn nog geplaatst 2483 privaat-tonnen, vallende
onder de bepaling der verordening van 1899 en 1334 die niet in de
termen der heffing vallen.
Voor slagersafval zijn 96 tonnen geplaatst.
Het aantal geplaatste tonnen bedraagt te zamen 3913 tegen 4182
in 1900.
De ontvangsten als gevolg van bovengenoemde verordening be-
loopen eene som van 3539,50.
Het aantal genummerde tonnen geplaatst in 189 woningen is 277,
waax-voor over het dienstjaar is ontvangen 554,
Voor stelletjes, geplaatst bij kramen en tenten gedurende de ker
misdagen, is ontvangen ƒ28,