315 Van den meest ernstigen aard zijn wel die gevallen, waarin de ouders hunne kinderen van school nemen, vóórdat aan de bepalin gen der leerplichtwet is voldaan, met het doel, om die kinderen in dienstbetrekking te plaatsen, ofwel arbeid te laten verrichten in eene industriëele onderneming. Wij noemen deze gevallen daarom ernstig, omdat men hier te doen heeft met feiten, waarbij de ouders zich willens en wetens ont trekken aan de naleving van wettelijke voorschriften en met die voorschriften somtijds openlijk den spot drijven. Het spreekt vanzelf, dat wij hierbij niet op het oog hebben de zeer enkele gevallen, dat armoede in het gezin de oorzaak kan zijn, om van de oudste kinderen zoo vroegtijdig mogelijk eenige inkomsten te genieten. Zoodra bovenbedoelde feiten ter kennis waren gekomen van onze commissie, hebben wij hiervan in een omstandig schrijven mede- deeling gedaan aan den edelachtbaren heer burgemeester dezer gemeente, onder beleefde uitnoodiging, tot bestrijding van dit euvel te willen medewerken, door bij de afgifte van arbeidskaarten, de werkgevers erop te willen wijzen, dat de jeugdige personen, voor wie eene arbeidskaart is aangevraagd, nog onder de bepalingen der leerplichtwet zouden kunnen vallen, ofwel, zoo daartoe termen kon den gevonden worden, om bij de afgifte van arbeidskaarten tevens een bewijs te vorderen, dat door den jeugdigen arbeider aan de bepalingen der leerplichtwet is voldaan. Dat in andere gemeenten zich dezelfde feiten hebben voorgedaan, als waarvan hierboven sprake is, blijkt wel hieruit, dat thans van regeeringswege is voorgeschreven, dat bij de afgifte van arbeids kaarten aan jeugdige personen, die nog onder de bepalingen der leerplichtwet kunnen vallen, tevens waarschuwingsbiljetten zullen worden verstrekt, om de werkgevers voor mogelijke onaangenaam heden te vrijwaren. Hierdoor zal echter het euvel, dat wij hiervoor op het oog hadden, nog slechts ten deele worden weggenomen. Sommige kinderen gaan in zoodanige betrekkingen, waar zij geene arbeidskaart be hoeven, terwijl in andere gevallen de werkgever zich minder stoort

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1901 | | pagina 335