90 begrooting de som uitgetrokken voor nieuwe werken niet zou noodig zijn, om reden voor den paardenstal op de mestvaalt ge bruik was gemaakt van de petroleumbergplaats en het maken van een hek rond de Wilhelminafontein niet tot uitvoering zou komen, gaven wij U in overweging, om voor het verdere restau ratiewerk van den gevel van het stadhuis eene som toe te staan van f 520, Dit voorstel vond een goed onthaal. Zelfs openbaarde zich in de beraadslagingen, waaraan deelnamen de heeren Slechtriem, Teychiné, Van Hal, Lijdsman, Van Dam, IngenHousz. Ver- schraage, Scheltus en de voorzitter, de wensch, om de restaura tie nog wat ruimer op te vatten dan was voorgesteld, wat ertoe leidde, dat de voorzitter voorstelde, de begrootingssom nog met f 500,— te verhoogen voor het maken van nieuwe deuren en het aanbrengen van nieuwe lantaarns, welk voorstel algemeen uwe goedkeuring wegdroeg. Wenschelijk kwam het ons voor, die lantaarns in eigen beheer te doen vervaardigen en het werk op te dragen aan den smid, belast met de onderhoudswerken van de gemeente, waartoe wij U, onder overlegging eener teekening, het voorstel deden in uwe vergadering van den 11. October 1902. Al dadelijk ontstond ver schil van meening over den vorm der lantaarns, in verband met den bouwstijl van het stadhuis, wat leidde tot het besluit, de zaak aan te houden. Nadat deze alsnog besproken was in de be sloten zitting van 25 October 1902, kwam zij weer aan de orde in uwe vergadering van den 15. November 1902, speciaal met be trekking tot de overgebleven vraag, of het werk in eigen beheer kon geschieden, waartegen geen bedenking bleek te bestaan. 9 AUGUSTUS 1902. XXX. Het in uwe vergadering van den 5. Juli 1902 ingekomen adres Verzoek om verlenging der van ouders of voogden van leerlingen der openbare meisjesschool aen'de'opl'n- alhier, verzoekende de zomervacantie voor deze school te stellen bare meisjes- 0„ zes weken, werd in onze handen gesteld om prae-advies, welk school. x advies wij U aanboden in uwe zitting van 9 Augustus 1903. In

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 103