107 P. Archief en boekerij. I. Oud-archief. Van den heer dr. J. F. Cor,stens, archivaris dezer gemeente, ont vingen wij het volgend verslag over 1902. „Aan den raad der gemeente Breda. „Het is thans de 9e maal, dat ük de eer heb UEdelAchtb. ver- „slag uit te brengen omtrent den toestand van de boekerij en „van het archief, waarvoor de zorar mij door U is toevertrouwd „en aangaande -hetgeen door mij in beider belang is verricht. „Ik kan en mag het niet ontveinzen, dat -een gevoel van dank baarheid en erkentelijkheid mij bezielt voor uwe hooge waar- „deering van mijn arbeid en voor den steun, dien ik van U heb „mogen ondervinden bij mijn streven naar hetgeen ik voor ons „archief wenschelijk acht. Het is een spoorslag voor mij en zal „dit steeds blijven, om met ijver, lust en opgewektheid den weg „te blijven volgen,, dien ik mij gekozen heb, om te komen tot het „doel dat ik wensch te bereiken. „De bibliotheek verkeert in goeden staat, en het is mij een „waar genoegen hier te mogen vermelden, dat zij zich onver- „flauwd blijft verheugen in de belangstelling van hen, die weten, „welk een betrekkelijk rijke schat hier bewaard wordt. „Voor het archief ben ik nog steeds werkzaam in de richting, „welke ik herhaaldelijk in mijne verslagen heb aangegeven en „welke ik derhalve als voldoende bekend veilig buiten verdere „bespreking laten mag; alleen wil ik er dit aan toegevoegd, dat „telken male wanneer mij om de -een of andere inlichting ge vraagd wordt, tevens het bewijs geleverd wordt, dat de waarde „van het archief steeds stijgt, wijl zijne bruikbaarheid voortdu rend toeneemt. Ik mag mij diensvolgens vleien met de gedachte, „dat de arbeid volbracht op de wijze als ik doelmatig oordeelde, „geene vergeefsche zal blijken, en dat hij de vruchten zal afwer ken, die ik er mij van heb voorgesteld. „Velen hebben zich ook dit jaar, zoowel persoonlijk als schrif telijk, tot mij gewend en tot mijne groote tevredenheid kon ik „hun schier in elk geval den gewenschten dienst bewijzen, en was „ik in staat door voldoende inlichtingen hun datgene te ver-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 120