189 li Het bouwterrein aan de Nassaustraat en den Nassausingel. Laatstbedoeld terrein is een gedeelte van het door de ge meente van den Staat gekochte terrein, waarop zijn ge sticht de gebouwen voor gymnasium en hoogere burger school, en waarvan het gedeelte omheen die gebouwen op 25 meter diepte gemeten uit de rooilijn is bestemd als par ticulier bouwterrein. Ten aanzien van laatstgenoemd punt richtten wij bij schrijven van den 26. Maart 1902, no. 449, het volgend verzoek aan Zijne Excellentie den minister van financiën „Met gevoelens van eerbied nemen wij de vrijheid aan Uwe „Excellentie het volgende voor te dragen „Bij akte van den 30. November 1899, bekrachtigd bij de wet „van 9 April 1900 (Staatsblad no. 52), werd door den Staat der „Nederlanden aan de gemeente Breda in eigendom overgedragen „de beschikbare grond tusschen den Nassausingel en de Nassau- straat, met uitzondering van eene strook ter diepte van 35 meter „langs de Nieuwe Boschstraat, ter gezamenlijke oppervlakte van „ongeveer 1,5 hectare, onder voorwaarde, dat de gemeente buiten „toestemming van den minister van financiën geen gedeelte van „den haar verkochten grond verkoopen zal, zoolang het domein „niet over den eigendom der hem verblijvende noordelijke strook „heeft beschikt. „Hadden wij, nu de bouw van het gymnasium en de hoogere „burgerschool sinds Augustus van het vorige jaar voltooid is, „reeds verlangend uitgezien naar het tijdstip, dat de Staat ons „zou bevrijden van den knellenden band ons aangelegd en wij „zouden kunnen overgaan tot den verkoop van den overgebleven „grond tot ons groot leedwezen is ons gebleken, dat eerstdaags „door het domeinbestuur wel eenige gronden in de nabuurschap „van den quaestieuzen grond in openbare veiling zullen gebracht „worden, maar niet die, welke begrepen zijn in de voorbedoelde „noordelijke strook.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 152