191
VII. Toezicht op de prostitutie.
Met het toezicht op de prostitutie zijn, overeenkomstig de be
staande verordening, belast de igemeente-geneesheeren.
Wekelijks had in het stedelijk ziekenhuis het onderzoek der
publieke vrouwen plaats, onder toezicht der politie.
(Zie hiervoor het verslag van de commissie van beheer van het
stedelijk ziekenhuis)
VIII. Toezicht op de levensmiddelen.
Het toezicht oip liet slachtvee en het vleesch is opgedragen aan
een keurmeester, en dat op de viscli, zoowel die aangevoerd aan
de openbare vischmarkt, als in winkels tentoongesteld of op den
openbaren weg rondgevent, eveneens aan een keurmeester, aan
welken laatste ee,n adjunct is toegevoegd. De uitkomsten, welke
dit toezicht heeft opgeleverd, zijn reeds hiervoor vermeld.
Voorts is bij verordening, behoudens het bepaalde bij de artt.
174 en 175 van het wetboek van strafrecht, strafbaar gesteld het
in het openbaar verkoopen of voorhanden hebben van onrijp ooft,
en van voedingsmiddelen en eet- en drinkwaren in ondeugde
lijken toestand of vermengd met schadelijke zelfstandigheden.
Eene vrij groote hoeveelheid Goudsche kaas, die zichtbaar in
bedorven toestand verkeerde, werd op den 9. September, op last
van burgemeester en wethouders, onbruikbaar gemaakt. (Art. 187
van de gemeente-politieverordening).
IX. Gezondheidscommissie.
Ten gevolge van het in werking treden der wet van 21 Juni
1901 (Staatsblad n». 157) tot regeling van het staatstoezicht op de
volksgezondheid, werd de alhier bestaande plaatselijke gezond
heidscommissie ontbonden.
Zie voornaamste in den gemeenteraad behandelde onderwerpen
hoofdstuk III, letter E, no. XLIV.
Een verslag over 1902 is dientengevolge van die commissie niet
meer ontvangen.