Personeel der brandweer. 217 Opperbrandmeesterde heer P. A. F. de Bont. Adjunct-idem de heer C. J. R. M. Laübijssen. BRANDMEESTERS. Bijzonderheden. Wessem, F. J. H. van Smagghe, R. G. J. L. Lindeman, F. A. Leendertz, G. P. M. ICuselbos. J. F. de Volder. P. J. Schellekens. J. Erkelens. J. A. Willemse. C. de Kanter. G. van der Velden. W. J. van Dongen. P. A. Oomes. Pauw Gerlirgs, H. J.J. de j H. Knibbeler. Segers, a. J. J. Ch. P. Oomes. De bode der brandweer geniet ƒ60,— per jaar en de opzichter van bet materieel ƒ9,-, alsmede 1.50 in de week voor woning. r e belooning der wek» kers en brandgasten is geregeld bi) art. 3 der verordening op de brand weer, vastgesteld door den gemeenteraad den 16 Juni 1894 en gewijzigd bij besluit van 4 Januari 1896. In eiken kring is een groote en een kleine slan genwagen. Het getal brandgasten bedraagt 90, onder welken 21 wekkers. Bode van de brandweer en opzichter van bet materieel is B. van Trier,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 230