287 missie moesten verschijnen, ten einde andermaal tegen herha ling van schoolverzuim te worden gewaarschuwd. Dat dergelijke waarschuwingen al zeer weinig effect sortee- ren, ligt voor de hand en is trouwens ook zeer natuurlijk, wan neer men, lettende op den tragen gang van onze Nederlandsohe rechtspleging, in aanmerking neemt, dat de leerplichtwet maan denlang kan worden overtreden en dat die overtreding eindelijk slechts leidt tot ©ene veroordeeling van eenige centen boete. Wanneer elk ongeoorloofd verzuim als ©ene afzonderlijke over treding kon worden beschouwd, zou dit voorzeker aan eene be hoorlijke naleving der wet ten goede komen. Het verzuim, genoemd in de tweede categorie, behoort in onze goede stad gelukkig tot de zeldzaamheden en bepaalde feiten, die het noodig zouden maken, om daarop de aandacht te vesti gen van de bijzondere of openbare instellingen van weldadigheid, zijn in het afgeloopen jaar ons niet ter oore gekomen. Wel bleek een enkele maal, dat wegens ziekte of andere zoradere omstandigheden, een kind onmisbaar was voor het gezin, doch dan was dit slechts van tij delijken aard en kon, met eenigen goeden wil der ouders, dit verzuim tot het strikt noodige beperkt worden. Het verzuim, in de derde categorie vermeld, is wel het meest ongewenschte en dreigt in onze stad gevaarlijke afmetingen te zullen aannemen. Zoodra de kinderen een leeftijd van 12 jaar hebben bereikt en dus oip eene faJbriek of werkwinkel, ofwel als dagmeisje in dienst betrekking kunnen geplaatst worden, beginnen vele ouders reeds hunne kinderen van de schoolbanken te verwijderen. Er wordt n/iet naar gevraagd, of die kinderen nog één, soms nog bijna twee jaar de school moeten bezoeken, voordat zij aan de bepalingen der leerplichtwet hebben voldaan. Men handelt slechts, zooals anderen doen of gedaan hebben. En wanneer men dan ziet, dat velen, zoo niet allen, op deze wijze de leerplichtwet ongestraft overtreden, dan ligt 'het voor de hand, dat dergelijke voorbeelden aanstekelijk werken en er niet toe bijdragen, om den eerbied voor de wet te verhoogen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 300