377 Aanvankelijk laat het zich aanzien, dat wij ons deze keuze niet behoeven te beklagende wijze waarop de heer Raats zijne moeie- lijke taak opvat, geeft ons gegronde hoop, dat wij hem in den loop dezes jaar-s voor eene definitieve benoeming kunnen voor dragen. Over den ijver door ons personeel in het afgeloopen jaar aan den dag gelegd, valt over het algemeen, behoudens eene enkele uitzondering, niet te klagen, ja, er zijn er zelfs onder, welke op buitengewoon loffelijke wijze hunne taak opvatten. Hun daar voor een speciaal woord van dank te brengen', achten wij een aangename taak. Evenals vorige jaren, voegden wij met machtiging van lieeren burgemeester en wethouders, den hoofdonderwijzer, den heer Plasman, een assistent toe en belastten hiermede wederom den ■heer L. M. A. Sleebtriem, werkzaam aan de le openbare school. Door hem werden wederom gedurende de zomermaanden 160 les sen gegeven, tegen eene belooning van f 1,per les. Ook dit jaar was deze maatregel onvermijdelijk en in het belang van het on derwijs. Het onderwijzend personeel bestond op den 31. December uit de heeren J. J. Harte, directeur, tevens belast met het onderwijs in lijn- teekenen, materialenkennis en projectieleer. M. A. Raats, onder-d'irecteur en belast met het onderwijs in lijnteekenen en projectiel eer. J. N. T. Burning, leeraar in het handteekenen. J. van Zijp, leeraar in het handteekenen. W. W. Plasman, hoofdonderwijzer, belast met het theoretisch vakonderwijs. L. M. A. Slechitrieim, assistent id. J. W. Kannemans, onderwijzer in het teekenen van ijzercon structies. L. C. van der Pol, le onderwijzer in het timmeren. J. M. Smeekens, 2e onderwijzer in het timmeren en assistent hij het lijnteekenen. J. B. Snelders, onderwijzer in fiet smeden,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 390