86 Jacoby zijn voorstel introk en burgemeester en wethouders werden uitgenoodigd, zoo spoedig mogelijk een voorstel tot wijziging der besproken verordening ter tafel te brengen. Dit geschiedde in uwe vergadering van den 5. Juli 1902. Wij stelden U toen voor, aan art. 2 van de bestaande heffings- verordening toe te voegen de volgende zinsnede Ingeval de vermakelijkheden langer dan veertien dagen duren, wordt de belasting teruggebracht tot op één vijfde gedeelte van ,,de bovengenoemde onder letter B vermelde sommen en toe te voegen aan art. 2 der verordening op de invordering, de volgende zinsnede ,,De commissaris van politie geeft hiervan onmiddellijk kennis aan den gemeente-ontvanger." Voorts gaven wij U in overweging te bepalen, dat deze wijzi gingen zouden gerekend te worden te zijn ingegaan 1 Januari 1902. Alle deze voorstellen werden zonder eenige bedenking door U goedgekeurd. Ook de hoogere goedkeuring werd verkregen bij koninklijk besluit van den 8. Augustus 1902, n°. 22. 14 JUNI 1902. In verband met een ingekomen circulaire van den heer Com- Wijziging van het huishoude-missaris der Koningin in deze provincie, en op grond van de voordeTommis-b e paling van art. 22 der leerplichtwet, waarbij is voorgeschreven, sie tot wering t|e jeden der commissiën tot wering van schoolverzuim wor- van schoolver- zuim. den benoemd Voor drie jaren, stelden wij U voor, het vijfde of laatste lid van art. 1 van het huishoudelijk reglement voor de commissie tot wering van schoolverzuim in deze gemeente (Ge meenteblad no 73) te doen vervallen. Dienovereenkomstig werd door U zonder bedenking besloten. 14 JUNI 1902. XXV. Het onderwerp ter zijde genoemd neemt aanvang in ons vorig S&tverslag, blz. 126 en 127. Torenstraat en jn aansluiting daarmede diene het volgende aan de Prinsen- kale. in uwe zitting van 19 April 1902 kwam een adres ter tafel van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1902 | | pagina 99