Dag waarop
Hoofd of bestuurder
Oorzaak
het ongeval
plaats had.
dei-
fabriek of werkplaats.
van het ongeval.
20 November.
20 idem.
20 idem.
20 idem.
20 idem.
21 idem.
21 idem.
21 idem.
21 idem.
25 idem.
21 idem.
24 idem.
23 idem.
21 idem.
21 idem.
30 idem.
30 idem.
2 December.
7 idem.
J. J. Koopmans, timmerzaak.
J. J. Koopmans, timmerzaak.
Firma Kamerling, zadelmakerij.
J. J. Jespers, varkensslagerij.
C. de Kanter, timmerzaak.
P. Kolkman, betonwerkerij.
Firma de Fraiture, zeepziederij.
Firma de Fraiture, zeepziederij.
Firma de Fraiture, ze pziederij.
P. Otten, smederij.
H. van Wees, banketbakkerij.
H. A. Mol, timmerzaak.
J. C. Wassen, spekslagerij.
M. Lef el, stoffeerderij.
II. Frjiling, handel in naaimachines.
J. B. v. d. Maagdenberg, bouwonderne
ming.
J. F. X. Vermeulen, timmerzaak.
A. Jespers, slagerij.
J. G. Rueb, machinefabriek.
J. van der Cas.
P. W. Walbroek.
H. A. Tibbe.
F. Jespera
H. W. de Kan.ter.
F. Rovers.
A. Brabers.
A. Brabers.
P. A. Bruijs.
F. van der Net.
W. van Dongen.
Th. van Keulen.
H. J. M. Sips.
G. Schouten.
GT. Klunnen.
P. J. Maas.
P. J. Jansen.
W. Marij nissen.
C. Verschuren.
Uitschieten der zaag.
Uitschieten der zaag.
Uitschieten van het mes.
Uitschuiven van het hakmes.
Stappen van de schaafbank.
Trappen in een spijker.
Gasontploffing.
Uitschuiven van het voetbank
je.
Uitschieten der nijptang.
In het oog springen van een
ijzersplinter.
Vallen van een trap.
Vallen in een draadnagel.
Bijten van een varken in den
vinger.
Uitschuiven van de hand.
Stappen uit in beweging zijnde
tram.
Misstappen.
Uitglijden.
Bijten van een varken.
Het slaan met den hamer op
>-.i duim.