310 missie opgeroepen. Ambtshalve inschrijvingen hadden dus niet plaats. Ten einde te worden gehoord over het ongeregeM schoolbez' ek hunner kinderen, werden in het afgeloopen jaar vcor de com missie opgeroepen 158 aansprakelijke personen, tegen 148 in 1902. Aan die oproeping is gevolg gegeven door de aansprakelijke personen voor 74 leerplichtige kinderen. Aan hen, d;e niet ver schenen zijn, werd de bij de wet voorgeschreven waarschuwing- schriftelijk toegezonden. Evenals vorig jaar troffen wij onder de opgeroepenen weer verschillende recidivisten aan, van wier k:nderen het schoolbe zoek steeds zeer ongeregeld was. Ten einde eemge gegevens te bekomen, in hoever de door onze commissie gedane waarschuwingen konden geacht worden van invloed te zijn geweest op het verder schoolbezoek der kinderen, wier ouders voor onze commissie waren opgeroepen, hebben wij ons wederom gewend tot de hoofden der verschillende openbare en bijzondere scholen in deze gemeente. Met de meeste welwillendheid werden ons de gewenscht.e inlich tingen verstrekt, waarvoor wij aan die hoofden gaarne openlijk onzen dank betuigen. De resultaten van dat onderzoek zijn van dien aard, dat er nog allerminst redenen bestaan, om over de werking der teer- pliichtwet tevreden te zijn, ondanks de verschillende waarschu wingen, welke steeds overeenkomstig de wet plaats hebben, en ondanks het feit, dat het instellen eener strafvervolging tegen de nalatige ouders zijn geregeld beloop heeft. Integendeel blijkt daaruit de noodzakelijkheid, waarvan wij reeds in ons vorig jaarverslag melding maakten, om door eene doeimat ge wetswij ziging eene behoorlijke toepassing dier wet te helpen verzekeren. Van 'de 158 kinderen hierboven genoemd, bezochten er sedert onze waarschuwing 79 geregeld de school. Van 32 anderen was het schoolbezoek niet geregeld, terwijl 25 niet of bijna niet de school bezochten. Naar elders vertrokken 10 leerlingen, 8 zoch ten plaatsing op eene andere school, terwijl 4 leerlingen buiten de leerverplichting vielen, voordat verdere vervolging kon plaats hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1903 | | pagina 332