373
Voor het onderwijs in natuur- en scheikunde werd een gasmotor
aasgeschafit.
Ook de bibliotheek voor de leerlingen onderging eenige uit
breiding vooral voor de Nederlandsche en Engelsche talen. De
heer G. M. van Riemsdijk is als bibliothecaris opgetreden.
De school ontving ook diit jaar verschillende geschenken.
1. Van Zijne Excellentie den minister van binnenlandsche
zaken een plaat, waarop vóór geschiedkundige, Romeinsche en
Frankische oudheden uit Nederland, uitgegeven door den Neder-
landschen oudheidkundigen Bond, bewerkt door dr. R. Jesse;
2. van den heer J. S. Morpurigo te Paramaribo eene verzame
ling planten en vruchten uit West-Indië, voor het kabinet van
natuurlijke historie;
3. van den directeur der school een tweetal boekwerken, n.l.
„Het Kasteel van Breda door Ph. M. Roest van Limburg, Schie
dam, H. A. M. Roelants, 1903," en de dissertatie van den heer
dr. W P. H. van den Driessen Mareeuw, „Ueber die Samen
von Barringtonia speciosa." (1903).
4. Van den leeraar H. A. Riikens een fraaie kaart van Noord-
Brabant, uitgave van F. en S. C. Bruins.
De commissie waardeert deze bewijzen van belangstelling ten
zeerste.
11". Omtrent de vorderingen, de vlijt en het gedrag van de
leerlingen kan de commissie in hoofdzaak slechts herhalen, wat
zij in 1902 schreef. Bij een deel der leerlingen, zoowel in de
hoogere als in de lagere klassen, laten het toezicht en de mede
werking van ouders en voogden zeer veel te wenschen over; ten
deele tengevolge van een veel te laat etensuur, ten deele onidat
vele ouders hunne kinderen meer laten uitgaan, dan nuttig en
wenschelijk is.
Evenmin begrijpen vele ouders, dat dikwijls zeer middelmatige
leerlingen niet moesten medewerken aan opvoeringen van ope
rettes en tooneelstukken.
Dat het onderwijs in 1903 buitengewone goede resultaten had
is dan ook in hoofdzaak te danken aan de toewijding en den
ijver, waarmede de leeraren hunne moeielijke taak ook dit jaar
verricht hebben. En de commissie zegt niet te veel, indien zij de