NIEUWE ZAKEN IN 1903. 5G Met die voorwerpen zei de voorzitter werden enkel bedoeld gedenkpenningen, platen of teekeningen, welke in eene kast zijn opgeborgen, doch geien wandversieringen. 't Verzoek werd daarop zonder bedenking toegestaan. Een door ons aam U gericht schrijven deed U in uwei vergade ring van den 19. December kennisnemen van, het volgende In 1874 werden aan het bestuur van het rijks-museum te Amsterdam in bruikleen afgestaan de navolgende voorwerpen a. een steenen Cliristushoofd, afkomstig uit de Groote Kerk alhier b. een roer, volgens overlevering van het Turfschip van 1590 c. tweie groote tinnen kannen d. het houten modlel vam den groeten toren en e. oen groote en twee kleine glazen bokalen uit den tijd van Karei II. Deze voorwerpen werden geacht thans thuis te behooren in het alhier opgerichte stedelijk museum, waarom wij U machti ging vroegen ze terug te vragen. Deze machtiging werd door U zonder bedenking verleend. 17 JANUARI. Vil. Naar aanleiding vam de ongevallenwet 1901 onderwierpen wij Verzekenne v. d. gemeente-aan uwe beslissing de vraag, op welken voet die verzekering van deerbijle<lenwèt de gemeente-werklieden in de bij de wet genoemde bedrijven zou genoemde be- plaats hebben. Wij stelden U voor de verschillende wegen, welke daarbij kon- don worden ingeslagen en deden U kennen de vooir- en nadoelen, welke daaraan verbonden waren, terwijl wij U, als onze meening, mededeelden, dat, waar naast de verzekering door particuliere vereenigingen, die vanwege het rijk geplaatst werd, de laatste voor uwe gemeente voorshands de voorkeur verdiende, ten eerste omdat nog alle gegevens ontbraken, welke uitkomsten de ongeval lenwet zou opleveren, enten tweede, omdat, wanneer 'tna kortoren of langeren tijd zou blijken, dat de verzekering bij eene particu-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1903 | | pagina 78