TER HERINNERING. XV Op voorbedoeld telegram werd tijdens het feestmaal, door den gemeenteraad en de feestcommissie in privé aangeboden aan de burgemeesters der Baronie, het volgend met levendige toejuiching begroete antwoord ontvangen GULJÉ, burgemeester van Breda. Hare Majesteit de Koningin ten zeerste gevoelig voor de betui gingen van liefde, trouw en verknochtheid Hare Majesteit heden gebracht door de geheele bevolking der Baronie van Breda ter ge legenheid der vijfhonderdjarige herdenking van den intocht van Graaf Engelbrecht van Nassau en Zijne Gemalin binnen Breda, draagt mij op U te verzoeken aan allen Hoogstderzelver oprechten dank over te brengen. Met groote belangstelling werd door Hare Majesteit de stichting van een fonds tot oprichting van een gedenkteeken ter vereeuwiging van dit historisch feit vernomen. VAN GEEN, Adjudant en d.d. particulier-secretaris. En zoo liep deze feestdag, onder eenstemmige medewerking der bevolking, ten einde, in blijde afwachting van den dag, dat het voorbedoelde gedenkteeken plechtig zou kunnen onthuld worden. Aanteekening. Het onthullen van dit gedenkteeken had plaats op den 3. Juli 1905 door Hare Majesteit onze geëer biedigde Koningin en in tegenwoordigheid van Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Hendrik der Nederlanden. In ons volgend verslag zal deze voorname ge beurtenis omstandig worden beschreven. VIII. Plan tot oprichting van een Standbeeld van den Stadhouder Prins Willem III van Oranje-Nassau. Reeds sinds geruimen tijd openbaarde zich eene beweging in den lande, om een standbeeld op te richten van den Stadhouder Prins Willem III van Oranje-Nassau. Aan den algemeenen oproep, om steun en medewerking, ontleenen wij het volgende: „In het rampjaar 1672, toen de Koningen van Frankrijk en En-e- „land, en daarna ook de Keurvorst van Keulen en de Vorst-Bisschop „van Munster ons den oorlog verklaarden, scheen het gedaan met

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1904 | | pagina 15