183 Hij draagt zorg, dat een catalogus der aanwezige boeken en tijd schriften wordt bijgehouden. (K. B. art. 24, 2de lid). Art. 22. De secretaris is belast met de zorg voor het archief. Alle stukken, welke bij de commissie inkomen, worden in het ar chief geborgen, totdat de vergadering, op voorstel van den secretaris, tot vernietiging heeft besloten. De secretaris draagt zorg, dat een register van de archiefstukken wordt bijgehouden. De leden der commissie kunnen van de in het archief aanwezige stukken steeds inzage bekomen ter plaatse, waar het archief bewaard wordt. Slechts tegen behoorlijk geteekend ontvangbewijs zullen zij een dier stukken in bruikleen kunnen ontvangen. (K. B. art. 24,2de lid). Art. 23. De voorzitter wordt bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis vervangen door het oudste aanwezige lid naar diensttijd of bij gelijk heid van diensttijd naar leeftijd, uitgenomen den secretaris. (K. B. art. 28). Wanneer de voorzitter voor langer dan drie dagen zijne woonplaats verlaat, geeft hij daarvan vooraf kennis aan den secretaris, die daar van mededeeling doet aan het oudste aanwezige lid naar diensttijd of bij gelijkheid van diensttijd naar leeftijd. (K. B. art. 30). Bij verhindering om eene vergadering bij te wonen geeft de voor zitter daarvan schriftelijk kennis aan het lid, dat hem vervangt. (K. B. art. 7, jo. 3, 3de lid). Art. 24. Een lid der commissie geeft, wanneer hij voor langer dan drie dagen zijne woonplaats verlaat, daarvan vooraf kennis aan den voor zitter. (K. B. art. 30, 1ste lid). Bij verhindering om eene vergadering bij te wonen geeft hij hier van schriftelijk kennis aan den voorzitter. (K. B. art. 7, jo. art. 31,3de lid). Heeft hij ontslag verzocht als lid, dan geeft hij daarvan onmiddel lijk schriftelijk kennis aan den voorzitter of aan het lid, dat den voorzitter vervangt. Art. 25. De secretaris wordt bij ongesteldheid, afwezigheid of ontstentenis vervangen door een der leden, door den voorzitter aan te wijzen. (K. B. art. 29).

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1904 | | pagina 210