231
Vergunningen van bijzonderen aard.
Aan L. A. HiRDES,te Breda (15 Februari), voorwaardelijk en tot weder
opzegging, het plaatsen van twee palen in de rivier „de Mark", achter
zijne fabriek aan den Marksingel tot het vastleggen van een roeiboot.
Aan F. H. Schlusser, te Breda (28 Maart), voorwaardelijk en tot
wederopzegging tot het plaatsen van een houten schot op het trottoir
vóór zijne woning, hoek Stationsplein en Willemstraat.
Aan de naamlooze vennootschap watergas-maatschappij systeem
Dr. Kramers en Aarts te Breda (14 April), verlenging alsnog met
zes maanden der vergunning tot het leggen en hebben van een
zuigbuis door den gemeenteweg, genaamd „Het Dijkje", tot in de
gracht rondom de mestvaalt.
Aan J. F. Jonkers te Breda (18 April), voorwaardelijk en tot weder
opzegging het plaatsen van een houten tochtscherm op het trottoir
vóór zijn koffiehuis aan het Stationsplein.
Aan den heer ingenieur der telegraphie, te 's-Bosch (5 Mei), het
leggen van kabels en het verrichten van werkzaamheden ten behoeve
van de uitbreiding van het intercommunale telefoonnet, in overleg
met den gemeente-architect.
Aan J. Puffer, Keizerstraat 14 (5 Mei, )voorwaardeIijk en tot weder
opzegging het plaatsen van een roomijsbak op den openbaren weg
vóór zijne woning.
Aan het bestuur der vereeniging „Concordia" alhier (19 Mei), tij
delijke plaatsing van een dynamo in den tuin van Concordia.
Aan den voorzitter der wegencommissie van den algemeenen
Nederlandschen wielrijdersbond te Nijmegen (30 Mei), het houden van
proeven met het besproeiingsmiddel „westrumiet" opeen gedeelte van
den Wilhelminasingel, mits in overleg met den gemeente-architect.
Aan J. de Hartog, te Breda (30 Mei), voorwaardelijk het tijdelijk
laten staan van ledige fusten op den openbaren weg vóór zijne woning.
Aan J. de Laender, te Breda (13 Juni), voorwaardelijk en tot
wederopzegging het plaatsen van eenige planten op het trottoir vóór
zijn koffiehuis aan de Groote Markt.
Aan Ch. Oudsteijn alhier (23 juni) voorwaardelijk en tot wederop
zegging het plaatsen van een tochtscherm op het Stationsplein vóór
de wachtkamer van het station van den staatsspoorweg.
Aan W. Spierinos en G.M. A. Vollaerts alhier (11 Juli) voorwaar
delijk en tot wederopzegging het laten zwemmen van eenden in de
openbare wateren dezer gemeente.