284
VERSLAQ van de commissie tot wering van
schoolverzuim in de gemeente Breda, over
het jaar 1904.
Ingevolge liet bepaalde bij art. 9 van het Koninklijk besluit van
16 November 1900 Staatsblad no. 200) hebben wij de eer uwen raad
hierbij aan te bieden het verslag van de werkzaamheden onzer com
missie over het jaar 1904.
In de samenstelling der commissie is in het afgeloopen jaargeene
verandering gekomen.
De heeren A. F. Smits, C. J. van Gool, J. K. de Bie, J. P. A. J.
Rosu, J. Seegelaar en A. J. van Son, die op 1 Januari 1904 aan de
beurt van aftreding waren, werden bij uw besluit van 19 December
1903 opnieuw tot leden onzer commissie benoemd voor den gewonen
tijd van zitting.
In onze vergadering van 13 Januari 1901 werden de heeren A. F.
Smits en A. J. van Son wederom voor den lijd van een jaar, res
pectievelijk tot voorzitter en secretaris onzer commissie aangewezen.
De commissie is alzoo samengesteld uit de heeren
A. F. Smits, voorzitter,
C. J. van Gool,
J. K. de Bie,
j. P. A. J. Rosu,
J. Seegelaar,
P. van der Linden en
A. J. van Son, secretaris.
De vergaderingen der commissie worden gehouden om de 14 dagen
op Woensdagavond ten gemeentehuize. In 1904 bedroeg het aantal
vergaderingen 23 tegen 21 in het voorgaande jaar.
Wegens het niet doen verstrekken van lager onderwijs aan kin
deren, die in den leerplichtigen leeftijd vielen, werden in het afge
loopen jaar 37 aansprakelijke personen voor onze commissie opge
roepen.
Uit de gehouden besprekingen met de ouders dier kinderen en
verdere onderzoekingen dienaangaande is het volgende gebleken
9 kinderen, die zich uit andere gemeenten hier ter stede geves
tigd hadden, bleken reeds aan de leerplichtwet te hebben voldaan
2 kinderen genoten huisonderwijs;
6 kinderen waren wegens ziekte niet tot schoolbezoek in staat;
2 kinderen bezochten eene kostschool;
3 kinderen waren inmiddels reeds op school geplaatst;