TER HERINNERING. Ettelijke gebeurtenissen, niet onbelangrijk voor de geschiedenis van Breda, wenschen wij, in chronologische volgorde, te dezer plaatse te boekstaven. I. Huldeblijk aan Hare Majesteit de Koningin-Moeder. In de maand Januari 1904 was het 25 jaren geleden, dat Hare Majesteit de Koningin-Moeder als Koningin der Nederlanden Haren intocht deed in de residentie. Eene algemeene beweging openbaarde zich eenigen tijd te voren in den lande, 0111, ter gelegenheid van dit jubileum, op meer bijzon dere wijze blijk te geven van gehechtheid aan Haar, aan Wie Ne derland zooveel te danken heeft. Het denkbeeld ontstond aan Hare Majesteit hulde te bewijzen door geldelijken steun te bieden aan Harer Majesteit's stichting „Oranje- Nassau's oord", strekkende tot verpleging van longlijders. Nadat de dag van 22 Januari, welke als de algemeene feestdag in Nederland was vastgesteld, luisterrijk was herdacht en een adres van hulde, namens de bevolking, door den gemeenteraad aan Hare Majesteit de Koningin-Moeder was aangeboden, kon naderhand de door de zorg van eene commissie, bestaande uit den gemeenteraad, met den gemeente-ontvanger als penningmeester en den gemeente secretaris als secretaris; bij de ingezetenen verkregen som van f 301,48V; aan de hoofd-commissie te 's Gravenhage worden afgedragen. (Zie raadsnotulen van 23 April 1904). Langs verschillende wegen werden alhier bijdragen verkregen, welke, zooals ons later bleek uit een verslag van het uitvoerend comité der hoofd-commissie, met voormelde som samen uitmaakten een bedrag van f 1335,—. Voor het adres van hulde en voor de bijdragen werd van Hare Majesteit de Koningin-Moeder in hoogst sympathieke bewoordingen dank ontvangen, terwijl ook het uitvoerend comité der hoofd-com missie dank bracht voor de geldelijke bijdrage. II. Officieel bezoek. Op den 29. April 1904 mocht de gemeente het voorrecht hebben weder een officieel bezoek te ontvangen van den HoogEdelGestren-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1904 | | pagina 5