62 23 APRIL. XVIII. Uit de wijziging van de gemeentewet sproot de noodzakelijkheid Regeling van voort tot nadere regeling van den burgerlijken stand. 'lunbstand1Üken Onder aanbeveling van candidaten, ter benoeming als ambtenaren van den burgerlijken stand, legden wij over eene ontwerp-verorde- ning tot regeling van den dienst, welke uwerzijds geen bedenking ontmoette. Het voorste! om den hoofdcommies ter secretarie aan te wijzen als den ambtenaar, die, bij ontstentenis van den vasten commies ten kantore van den burgerlijken stand, dezen zou vervangen, kon niet door den heer Scheltus worden goedgekeurd, omdat spreker vreesde, dat daardoor de werkzaamheden ter secretarie zouden belemmerd worden. Dit punt gaf aanleiding tot breedvoerige beraadslagingen, waaraan deelnamen, met den heer Scheltus, de heeren Lijdsman, Teychiné, Jacoby, IngenHousz, Reigersman, Rombouts, Smits, Sassen en de voorzitter, waarna het voorstel van burgemeester en wet houders, in stemming gebracht, werd aangenomen met algemeeiie stemmen, behoudens die van den heer Scheltus. De bezoldiging van de ambtenaren van den burgerlijken stand werd geregeld als volgt: die van den ambtenaaar, tevens als vasten commies ten kantore van den burgerlijken stand werkzaam, f 100,en die van den hoofd commies ter secretarie f50,—terwijl de bezoldiging van f300,— voor de andere ambtenaren van den burgerlijken stand, de burge meester als raadslid en de drie heeren wethouders, behouden bleef. 23 APRIL. XIX. Een reglement, de strekking hebbende om vaste werklieden op net pension ieo-hun ouden dag of bij ziels- of lichaamsgebreken, die hen voort- \re°k™edenaSin dure<ld voor den dicnst ongeschikt maken, te pensionneeren, werd dienst dezer tre-U in uwe bovengenoemde vergadering in ontwerp overgelegd. Na beraadslaging, waaraan deelnamen de heeren Slechtriem, Vissers, Scheltus, Rombouts, IngenHousz, Jacoby, Van Dam en de voorzitter, werd besloten de zaak tot eene volgende verga dering aan te houden, in verband met door den lieer Jacoby schrif telijk in te dienen amendementen. Deze, vergezeld van eene nota van burgemeester en wethouders, maakten een onderwerp van behandeling uit in uwe vergadering van den 21. Mei 1904. Nadat verschillende sprekers ter zake het woord hadden gevoerd,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1904 | | pagina 89