VIII
TER HERINNERING.
alwaar haar, bij monde van den heer wethouder A. P. Scheltus,
vervangende den burgemeester, met verlof afwezig, de eerewijn werd
aangeboden.
De heer Franz Smits, voorzitter van Breda's Mannenkoor, bracht,
namens deze vereeniging, dank aan het gemeentebestuur voor de
haar gebrachte hooggewaardeerde hulde.
Bij deze gelegenheid was de Qroote Markt, alwaar in de kiosk
den ganschen avond muziek- en zanguitvoeringen plaats hadden,
meer dan gewoon verlicht. Aan den voorgevel van het gemeentehuis
prijkten in vlammend schrift de woorden Hulde aan B. M. (Breda's
Mannenkoor).
VII.
herdenking van het 500-jarig bestaan van het doorluchtig Huis
van Nassau-Oranje, als Heer en en Baronnen van Breda.
Stichting van een gedenkteeken.
Op den 24. Augustus 1904 was het 5 eeuwen geleden, dat Graaf
Engelbrecht van Nassau en zijne jeugdige gemalin Johanna van Po-
lanen, hunnen plechtigen intocht deden binnen de poorten van Breda
en door de ingezetenen als Baanderheer en Vrouwe werden gehuldigd.
Dit feit de eerste Nassau geërfd en gevestigd in de stad, die
zich later bij voorkeur zou noemen de baronie der Nassau's, de stam
vader niet .alleen van den tak Nassau-Breda, maar evenzeer van het
latere Koningshuis, waaruit onze geeërbiedigde Koningin Wilhelmina
is gesproten dit merkwaardig en belangrijk feit deed den gemeen
teraad het initiatief nemen, ten einde eene dankbare herdenking daar
van op waardige wijze te vieren, tot samenstelling eener commissie
van 5 leden uit zijn midden, welke kommissie de bevoegdheid zou
hebben zich zoodanige personen toe te voegen, als zij in het belang
der zaak wenschelijk zou oordeelen. (Zie raadszitting van 2 April 1904.)
Gekozen werden uit den gemeenteraad als commissieleden de
heeren
jhr. mr. A. Reigersman,
mr. M. P. M. van Dam,
mr. W. IngenHousz,
L. A. M. van Mierlo en
J. R. baron van Keppel,
