477 5. J. B. M. Merkelbach van Enkhuizen, voorzitter. I 6. H. Engelbregt. J 7. J. P. A. J. Rosu. Treden af in 8. J. J. M. van Peit. I 1908. 9. A. J. Meeuwesen, onder-voorzitter. nir. M. P. M. van Dam, secretaris. Tot voorzitter werd gekozen de heer J. B. M. Merkelbach van Enkhuizen en tot onder-voorzitter de heer A. J. Meeuwesen. Behalve de gewone correspondentie werden in 1905 de hierna te noemen stukken verzonden. 1. Brief aan den directeur-generaal der maatschappij tot exploita tie van staatsspoorwegen, ondersteunende het verzoek der Bergen- op-Zoomsche handelsreizigers-vereeniging tot verbetering der dienst regeling op de Zeeuwsche lijn. 2. Brief aan den minister van waterstaat, handel en nijverheid, in zake de wijziging der wet op de naamlooze vennootschappen. 3. Brief aan burgemeester en wethouders van Breda, houdende bezwaren tegen het afsluiten der Cingelstraat voor het verkeer met voertuigen. 4. Brief aan den minister van waterstaat, handel en nijverheid, beantwoordende eenige vragen betreffende de machinale garenspinnerij. 5. Brief aan den minister van landbouw, nijverheid en handel, ondersteunende het verzoek der kamer van koophandel en fabrieken, te Hoogezand, in zake de toepassing der veiligheidswet. De toestand van handel en nijverheid mocht over het afgeloopen jaar niet gunstig genoemd wordenvan den winkelstand hoorde men vele klachten over slapte in zaken. Wel werden vele winkels verbouwd en verfraaid, terwijl ook tal rijke uitbreidingen tot stand kwamen, doch een en ander kan men niet als een bewijs van welstand aanvoeren, daar hieraan veeleer reclame en concurrentiegeest ten grondslag liggen. Ook het fabriekswezen ondervond niet den gewenschten bloei, ofschoon toch redenen van tevredenheid zijn aan te voeren. De naamlooze vennootschap machinefabriek „Breda" vermeldt, dat over het geheel genomen het jaar 1905 niet gaf wat het beloofde, en had zij geruimen tijd met slapte in de werkzaamheden, vooral in de afdeeling „Locomotievenbouw", te kampen. Alleen de ketelmakerij maakte hierop een gunstige uitzondering, daar het geheele jaar door vele bestellingen op stoomketels werden ontvangen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1905 | | pagina 500