67
verandering
d een nieuw
i/an den mi-
;ennisgeving
ten, waartoe
ingwedstrijd,
r, werd ver
lauwerkrans
trijd hier ter
et een onbe-
s van hunne
lingenbezoek
staan.
vorig verslag
enoemde ver
staten dezer
ten inspecteur
evende tegen
n handen van
de raadscorrv
eenschappelijt
Juni 1905, dal
verschillendt
inachtneming
iet algemeen!
en besluit var
rordening voor
s van de ont'
vangst dier verordening, voor zoover zij andere voorschriften bevat
dan door art. 1 der woningwet gevorderd wordt.
Bedoelde verordening trad in werking den 19. Juli 1905.
20 MEI.
XXVII. Bij verzoekschrift van den bijzonderen raad als hoofdbestuur der
yKoop-imnvrage vereeniging van den H. Vincentius a Paulo te Breda, werd in koop
™r voonmdige gevraagd het gebouw der voormalige maréchaussee-kazerne aan den
maréchaussee- Beijerd alhier.
kazerne.
Dit gebouw was reeds aan voormelde vereeniging in huur afge-
staan, zooals vermeld is in ons vorig verslag blz. 78.
Voormeld verzoekschrift werd in onze handen gesteld om prae-
advies.
Op 31 December waren wij, in verband met verbouwingsplannen
van het gemeentehuis, nog niet in de gelegenheid U ons gevoelen
in deze zaak te doen kennen.
20 MEI.
XXVIII. Nadat het ter zijde genoemd rapport in de vergadering van 20
Rapport van de Mei was ingeleid, werd het behandeld in uwe vergadering van 10
rechtsgeleerden Jun' 1905. 't Adres behelsde het verzoek, aan requestrante te verkoo-
térnad"fn^akè Pen te ver'luren een stu'c grond, gelegen achter een haar in eigen-
het mires van dom toebehoorend perceel land, onder de gemeente Prinsenhape, ter-
Elis, Martens, te--,,,
Pnnsenhage, W1J' "et rapport daarover vergezeld ging van eene ontwerp-overeen-
komst.
De bijzondere toestand dezer zaak, door de commissie omstandig
voor oogen gesteld, leidde, na gehouden overleg met verzoekster,
tot het besluit, aan Franciscus Maas, landbouwer te Prinsenhape, af
te staan al de eigendommen, welke de gemeente Breda mocht heb
ben op het perceel der gemeente Prinsenhape, sectie H, no. 1752, en
een noord-westelijk gedeelte van het perceel der gemeente Prinsen-
hage, sectie H, no. 1755, ter grootte van ongeveer 7 aren en 80 cen
tiaren, zooals op het terrein was afgepaald, een en ander voor de
som van vijf en zeventig gulden, en onder voorwaarde, dat de kosten
van zegels, leges, registratie, overschrijving in de openbare registers
en alle andere kosten op de betrekkelijke overeenkomst vallende, ten
laste zouden zijn van den kooper.