XIV
TER HERINNERING.
tot oprichting van een standbeeld van den Stadhouder Prins
Willem III van Oranje-Nassau, welk standbeeld Breda gegronde
hoop heeft op een harer pleinen te zien verrijzen.
3 Juli 1905.
Onthulling van het gedenkteeken Nassau-Oranje, 14041904,
door Hare Majesteit de Koningin, in bijzijn van Haren Doorluch-
tigen Gemaal, Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Hendrik der
Nederlanden, (zie boven 24 Augustus 1904.)
In de gemeente-verslagen van voormelde jaren zijn alle deze
bijzondere gebeurtenissen omstandig beschreven.
Behalve het bovenstaande dient verder gememoreerd
1°. dat op 20 Mei 1899, onder burgemeester Guljé, den
gemeenteraad werd aangeboden het ontwerp eener verbeterde
grensregeling dezer gemeente, welke regeling, alhoewel niet tot
stand gekomen, niettemin gedurende zes jaren veel zorg en
toewijding vorderde
2°. dat op 5 December 1903 het votum plaats had van eerste
bijdrage van de gemeente in de kosten van restauratie van
het monumentale kerkgebouw, genaamd De Groote of Lieve
Vrouwekerk alhier.
Voegen wij bij het langdurig en vruchtbaar werken van bur
gemeester Guljé, wien tot tweemalen toe eene koninklijke onder
scheiding mocht ten deel vallen, de eigenschappen, welke hem
sierden als mensch, hij, die zoo gaarne steunde wat goed was
en aanmoediging verdiendedie diep gevoelde, al sprak dit niet
altoos luide en krachtig, het wel en wee van de gemeente, dat
hem vreugde of leed brachtdie, edel, rechtschapen en goed
hartig van aard, voor allen steeds voorkomend en zoo gemak
kelijk toegankelijk was wiens naam in één woord aan de ge
schiedenis van Breda in het laatste tijdperk van haar bestaan,
een tijdperk, dat bij uitstek getuigt van haar krachtig opbloeiend
leven, zoo nauw verbonden is, dan zal verklaarbaar geacht
worden het woord van dankbare hulde, dat hem te dezer plaatse
gewijd wordt, ook als weerklank van de gevoelens der geheele
bevolking, aan wier belang hij naar beste krachten de schoonste
jaren van zijn leven gaf, en welke met ons ongetwijfeld hoog
schat zijn beproefde burgerdeugd, zijn ware trouw en zijn groote
liefde voor Breda