92
Schuld der gemeente.
Deze bedroeg op 31 December 1908:
a. Gevestigde rentenf 2 719,61s
b. Oude schuld (3 °/0 niet geconverteerd) - 19925,
c. Oude schuld (geconverteerd), na aflossing als
nog groot- 377 205,—
d. Leening dato 16 Augustus 1886, groot
f 1000000,3V2 *Yo) na aflossing alsnog groot - 560000,
e. Leening dato 6 Juli 1893, groot f500000,
3 na aflossing alsnog groot- 461 000,
f. Leening dato 20 Maart 1897, groot f 120 000,
31 3 °/oi rijkspostspaarbank, na aflossing alsnog
groot94ooo,—
g. Leening dato 1 November 1900, groot
f 1 lo 000,4 o/05 rijkspostspaarbank, na aflos
sing alsnog groot- 124000,—
h. Leening dato 1 November 1908, groot
f 200000,4 o/0, na aflossing alsnog groot. - 175000,—
i. Leening dato 16 September 1907, groot
f 50 000,4 o/0, (nog niets afgelost) - 50 000,
In de zitting van 19 December 1908 besloot de raad tot het
aangaan eener tijdelijke geldleening, groot f 60000,—, tegen eene
rente van hoogstens 5 af te lossen uiterlijk op 30 Juni 1909.
Hoofdelijke omslag.
De hoofdelijke omslag werd over 1908 geheven tot een bedrag
van f 118700, -, met eene verhooging van 25 ten honderd voor
de aanvullingskohieren, berekend op f 4 000, naar een percentage
van 3,08 ten honderd.
In de laatste 5 jaren werd van het belastbaar inkomen geheven
in 1904 2,96 ten honderd.
I9°5 258°
1906 - 2,68
1907 2,94
1908 3.08
Bij raadsbesluit van 8 Augustus 1908 is vastgesteld eene nieuwe
verordening op den hoofdelijken omslag, waarin het stelsel van
eigen aangifte is opgenomen.
Deze verordening is op 1 Januari 1909 in werking getreden.
