94 V. Vergunningsrecht vooy den verkoop van sterken drank in het klein. Aan dit recht is over 1908 ontvangen voor 133 gewone vergun ningen f 6 887,50 en voor 9 bijzondere vergunningen f 196,88, samen f 7 084,38 tegen f 7 146,87 in 1907. Het recht van eene bijzondere vergunning bedraagt 75 ten honderd van het bedrag, hetwelk voor eene gewone vergunning, overeen komstig art. 20, 3'k> lid, der drankwet, wordt vastgesteld. Bovendien wordt het recht van elke vergunning met 50 ten honderd verminderd voor de localiteiten, waarin geen sterke drank in het klein verkocht of geschonken wordt tusschen Zaterdag-avond 6 uur en Maandag-ochtend 8 uur. Van deze bijzondere bepaling werd in 1908 gebruik gemaakt door de houders van 6 bijzondere vergunningen. Schatter van de dranklocaliteiten is de heer F. B. Engbersen. Ten aanzien van de uitvoering en de toepassing van verschillende bepalingen der drankwet valt alsnog het volgende te vermelden Verleend werden 5 vergunningen ingevolge art. 5, 2dc lid (tegen inwisseling van twee bestaande vergunningen). 1 vergunning krachtens art. 55, i° lid sub a (uitoefening van het bedrijf op 1 Mei 1881). 2 vergunningen krachtens art. 55, 20 lid, sub b (weduwe van een vergunninghouder). 3 vergunningen voor logement. Overgeschreven werdeti 3 gewone en 1 bijzondere vergunning, welke naar een ander pand werden overgebracht (art. 25). 1 vergunning, met koninklijke toestemming, ten name van een persoon, die het bedrijf uitoefent in localiteiten, welke deel uitmaken van eene inrichting voor maatschappelijk verkeer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1908 | | pagina 112