195 De keurmeester gaf aan de commissie kennis van eene poging, om op Zondag buiten zijn weten een rund te slachten, niet on- waarschijnlijk*omdat de slager wel begreep, dat het dier afgekeurd zou worden. Het werd dan ook na de slachting afgekeurd. Dit geval gaf den keurmeester aanleiding, de wenschelijkheid te betoo- gen van het minder vrijgevig zijn van de belasting-ambtenaren met vergunningen tot slachten op Zondag. Door de bemoeiingen van burgemeester en wethouders werd verkregen, dat het den keurmeester bericht zal worden, als door de belastingambtenaren vergunning tot slachten op Zondag wordt gegeven. 3. Keuringsdienst. Door burgemeester en wethouders werd aan de commissie toegezonden een prospectus betreffende den centralen keuringsdienst van voedingsmiddelen en gebruiksartikelen voor Nederlandsche gemeenten te Rotterdam, met verzoek dienaangaande advies te geven. Nadat van het prospectus en van het later ont vangen, aangevulde prospectus door de commissie kennis was ge nomen, werd de zaak in eene vergadering besproken en werd besloten, aan den centralen keuringsdienst te verzoeken een drietal vragen te beantwoorden. De centrale keuringsdienst voldeed aan dit verzoek. Vervolgens werd de zaak nogmaals behandeld in eene vergadering, waar ook tegenwoordig waren de directeur van den C. K., dr. Verweij. de rechtskundige adviseur daarvan, mr. Blaupot ten Cate, en de inspecteur der volksgezondheid, dr. Romijn. Eene langdurige gedachtenwisseling had tot resultaat, dat besloten werd, tot aansluiting aan den C. K., voorloopig voor den tijd van één jaar, te adviseeren en daarbij aan burgemeester en wethouders aan te bieden het ontwerp eener verordening op voedingsmiddelen en gebruiksartikelen. De samenstelling van dit ontwerp werd opgedra gen aan eene sub-commissie, bestaande uit twee leden en den secretaris. Daar burgemeester en wethouders het advies omtrent aansluiting spoedig wenschten te ontvangen, werd nader besloten, met de toe zending van het advies niet te wachten tot de ontwerp-verordening gereed was. Overeenkomstig dit advies besloot de gemeenteraad, dat de ge meente, voorloopig voor het jaar 1909, zich zou aansluiten bij genoemden centralen keuringsdienst. Het ontwerp eener verordening op voedingsmiddelen en gebru iks- artikelen, dat door de commissie aan burgemeester en wethouders werd aangeboden, is hierna afgedrukt als bijlage II.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1908 | | pagina 213