299
I. De bij de commissie ingekomen jaarverslagen van de hoofden
der scholen.
II. De door de commissie, bij haar schoolbezoek, opgedane
ervaringen.
I. Jaarverslagen der hoofden van scholen.
In deze jaarverslagen worden achtereenvolgens vermeld
a. De schoolbevolking.
b. Het schoolverzuim.
c. Resultaten van het onderwijs.
d. Herhalingsonderwijs.
e. Wenschelijke veranderingen.
A. Schoolbevolking.
I. Op de eerste openbare school bedroeg het aantal leerlingen
in de verschillende maanden van 214 tot 234.
II. De openbare meisjesschool werd bezocht door een aantal
leerlingen afwisselend van 102 tot 116.
III. De tweede openbare school „St. Joost" telde van 239 tot
251 leerlingen, waarvan 3/3 jongens en x/3 meisjes.
IV. De openbare tusschenschool aan de Boschstraat herbergde
in haar 12 klassen van 526 tot 554 kinderen. Ook hier was de
verhouding van jongens tot meisjes ongeveer als van s/s tot x/3.
V. De openbare school aan de Nieuwehuizen voorzag in de
opleiding van 245 tot 253 leerlingen eveneens naar de verhouding
van 3/3 jongens tegen x/3 meisjes.
VI. De 8 klassen van de openbare school aan de Kloosterlaan
hadden van 278 tot 294 leerlingen. Op deze school was het aantal
meisjes slechts weinig minder dan dat der jongens.
VII. Op de openbare kostelooze school aan de Middellaan
gingen van 517 tot 532 leerlingen, waarvan ruim 2/3 jongens waren.
B. Schoolverzuim.
Waar door drie hoofden in hun jaarverslag van schoolverzuim
niet werd gerept, mag men veilig aannemen, dat genoemd euvel op
hun inrichtingen niet of althans bijna niet is voorgekomen.
Twee hoofden vermeldden met voldoening, dat ongeldig verzuim
bij hen hoogst zelden zich had voorgedaan „dank zij het legaat