4i3
vorige jaar a f 51,65, te zamenf 135,65
de uitgaven daarentegen- 144,05
zoodat een te kort vanf 8,40
op de rekening van 1909 moet worden overgebracht.
Deze uitgaven werden zoo goed als geheel besteed tot aankoop
van eenige zeer begeerde voorwerpen, die met de geschiedenis der
Baronie in betrekking staan, zooals eene gebeeldhouwde deur-omlijs
ting met het wapen van de familie Van Martveld, eene schoorsteen-
betimmering, 2 ijzeren mortiertjes, afkomstig van een huis in Prin-
senhageeen ivoren beeldje (Napoleon), vroeger eigendom van gene
raal Chassé, en een 14-tal historiepenningen met betrekking tot
Breda of vroegere ingezetenen.
Wederom ontvingen wij voortdurend verschillende geschenken van
meer of mindere waarde, te veel om alle hier te vermelden, doch
waarvan wij in hoofdzaak willen noemen
Van mr. E. P. van Lanschoteen offerblok met het jaartal 1659
en de wapens van Breda en den Prins, een afgietsel buste van dr.
Jan IngenHousz, den bekenden lijfarts van Maria Theresia, in Breda
geboren.
Van jhr. de Grez te Ginneken: eene collectie standaard-maten
en gewichten van de sous-prefectuur van Breda afkomstig.
Van de gemeente Dongen: een oud torenkruis.
Van de heeren Fred. Muller en J. Schulman te Amsterdam ver
schillende geïllustreerde catalogi.
Van tal van particulieren ontvingen wij geschenken van meer of
minder aanbelang, waarvoor hun reeds schriftelijk werd dank gezegd
wij herhalen hier gaarne deze dankbetuiging onder beleefde aanbe
veling voor verdere belangstelling.
Vermelding verdient nog het besluit van het bestuur om onze
vereeniging lid te doen worden van den Nederlandschen oudheid
kundigen bond, een eerste stap tot onderling verkeer met zuster-
vereenigingen elders in den lande, waarvan wederkeerig nut mag
worden verwacht.
Het bestuur van het museum voor geschie
denis en oudheidkunde te Breda:
dr. J. F. CORSTENS, voorzitter.
A. J. A. VERSCHRAAGE.
E. P. J. DE WOLF, conservator.
Breda30 April 1909. J. R. VAN KEPPEL, secretaris.