457
missie van beheer der instelling werden gekozen de heeren J. J.
Temminck, voorzitter, E. G. A. Taenzer, secretaris-penningmeester,
en J. Langenbach, H. Ballintijn, A. Jansen, F. Maas en J. Zeelen,
leden.
Op den 6le" Juli had de eerste veiling van tuinbouwproducten
in de uitspanning „Thalia" plaats, aangezien het veilingsgebouw
nog niet geheel was afgewerkt en het gunstige weer de rijpheid der
frambozen zoodanig had vervroegd, dat tot het gereed zijn van het
gebouw niet kon worden gewacht.
Het veilingsgebouw werd op den Juli op plechtige wijze
door den edelachtbaren heër mr. van Lanschot, burgemeester van
Breda, aan onze vereeniging overgedragen en onmiddellijk daarna
voor de exploitatie geopend.
Van 6 Juli tot 31 December bedroeg de omzet de som van
f 33 459,06, één bedrag dat, volgens de regeerings-statistieken,
slechts door één enkele der in Nederland bestaande veilingen in
het aanvangsjaar der exploitatie is bereikt in 12 maanden.
De stand onzer geldmiddelen is gunstighet geleende kapitaal
van f 2 750,vermeerderd met de reeds ontvangen subsidiën der
gemeente Zundert ad f 100,— en Teteringen ad f 50,is in waarden
aanwezigalle schulden zijn betaald, terwijl bovendien nog eene
kleine winst ad f i4,861/3 is behaald, ongerekend de nog niet ont
vangen subsidie, groot f 250,- der gemeente Prinsenhage, die dus ten
bate van het jaar 1909 zal komen.
Het geldelijk beheer der veiling is na het einde van het verslag
jaar door eene commissie, bestaande uit de heeren Cerutti, gemeente
ontvanger, en Gruijs, 1luitenant, accoord bevonden met den hier
geschetsten toestand.
In haar schriftelijk verslag zegt zij niet genoeg lof te kunnen
uitspreken over de keurige en accurate wijze, waarop de boekhouding
door den secretaris-penningmeester der veiling, den heer E. G. A.
Taenzer, is gevoerd.
Kas der Baroniesche tuinbouwvereeniging.
In herinnering wordt gebracht, dat deze hoofdzakelijk gevoed
wordt door de contributie der leden en geheel is afgescheiden van
de kassen der instellingen der vereeniging, als veiling, proeftuin,
tuinbouwcursussen en de hier na te noemen bibliotheek van boeken
over tuinbouw.