BIJ li. J. 2. Keuringsdienst. Zie verslag 1908, hoofdstuk X, 3. De keuringsdienst begon zijne werkzaamheden eenige dagen na 1 April, den dag, waarop de verordening op voedingsmid delen en gebruiksartikelen in de gemeente Breda in werking trad. Deze verordening is grootendeels gelijk aan het door de gezondheidscommissie aan burgemeester en wethouders aan geboden ontwerp zij wijkt daarvan vooral hierin af, dat zij van de voedingsmiddelen uitzondert „hetgeen volgens de algemeene politie-verordening wordt verstaan onder vleesch en visch". (Zie verslag 1908, blz. 203, Toelichting ad artikel 1.) Eene verordening op den verkoop van melk werd nog niet vastgesteld. (Zie verslag 1908, blz. 204.) Naar aanleiding van mededeelingen, ter vergadering door het lid H. Beker gedaan betreffende de uitkomsten van door hem gedaan onderzoek van 5 monsters Fransch behangsel papier (in 4 waarvan hij arsenicum aantrof) en van postelein in bus (waarin hij tinverbindingen aantrof), verzocht de com missie aan burgemeester en wethouders, van de bevindingen van den Heer Beker kennis te geven aan den keuringsdienst. Burgemeester en wethouders zonden aan de commissie ter inzage a. Verkort verslag van den keuringsdienst over April, Mei en Juni b. Idem over Juli, Augustus en September c. Rapport van den keuringsdienst in zake melkcontrole Goesseels a. Verslag van het onderzoek der in beslag genomen zoo genaamde „zuurtjes" e. Brief van den directeur van den keuringsdienst d d. 30 September 1909 f. Rapporten van den directeur van den keuringsdienst betreffende tin in busgroenten. Het onder a vermelde verslag gaf aan de commissie aanlei ding, om burgemeester en wethouders te verzoeken, den keuringsdienst op te dragen, het verslag met het door de commissie aangeduide aan te vullen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1909 | | pagina 275