BIJL.. J. 24 De burgemeester deed een onderzoek instellen en deed het rapport van den onderzoeker toekomen aan de commissie. Afschrift van dit rapport werd door de commissie gezonden aan den hoofdinspecteur. 4. De hoofdinspecteur der volksgezondheid te 's Hertogen bosch verzocht aan de commissie, een onderzoek in te stellen aangaande de gemeentehuizen voor dakloozen binnen het ressort der commissie. De commissie berichtte daarop, dat inrichtingen, als bedoeld, te Breda niet bestonden, doch dat de politie, zoo noodig, aan de dakloozen op de eene of andere wijze een onderkomen bezorgde. Daarna werd echter in het nieuwe bureau van politie een des winters verwarmd lokaal voor mannelijke dakloozen ingericht. De vrouwelijke dakloozen worden als voorheen elders onder dak gebracht. 5. In de .vergadering in de maand December besprak de commissie met den heer H. E. Huizenga, rijkslandbouwleeraar te Bredahet houden te Breda van een veestallen-wedstrijd op deze wijze, dat eene commissie of jury in het begin des jaars de stallen bezoekt en aanwijst, wat er te verbeteren is, en op het einde van het jaar nogmaals de stallen bezoekt en prijzen toekent aan degenen, die hunne stallen het meest verbeterd hebben. De heer J. R. baron van Keppel werd aangewezen, om als lid der gezondheidscommissie zitting te hebben in cle commissie van voorbereiding van den wedstrijd. 6. Arrestantenlokalen. Zie verslag 1906, hoofdstuk XII, 4. Bij de inrichting van het huis aan de Veemarktstraat tot bureau van politie zijn ook arrestantenlokalen gebouwd, die naar het oordeel der commissie voldoende zijn ingericht. Aldus vastgesteld ter openbare vergadering van 24 Februari 1910. W. G. H. ROMBOUTS, voorzitter. mr. H. J. W. PELSTER, secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1909 | | pagina 278