VERSLAG over den toestand van het middelbaar
onderwijs in de gemeente Breda gedurende het
jaar 1909.
BIJLAGE H.
Het getal der scholen voor middelbaar onderwijs bleef in
1909 onveranderd, te weten
A. De hoogere burgerschool met vijf-jarigen cursus
B. De burgeravondschool met vier-jarigen cursus en
C. De gemeente-teekenschool met zes-jarigen cursus.
De commissie vergaderde onder meer voor de vaststelling
van het jaarverslag, de programma's der drie scholen, den
uitslag van overgangs- en toelatings-examens der hoogtere
burgerschool, de toelating van leerlingen der gemeente-teeken
school, de herbenoeming van een der leden van de commissie,
de herbenoeming van leeraren, eene herziening van de veror
deningen regelende de salarissen van directeur en leeraren der
verschillende scholen en eindelijk naar aanleiding van verschil
lende huishoudelijke zaken de scholen betreffende.
De samenstelling van de commissie onderging geene veran
dering het aftredend lid de heer jhr. mr. G. Six werd in de
gemeenteraadszitting van 18 December 1909 herkozen, terwijl
de voorzitter mr. E. P. van Lanschot door zijne medeleden
bij den aanvang van het jaar als zoodanig werd herbenoemd.
Einde December bestond de commissie dus uit de heeren
mr. E. P. van Lanschot, burgemeester, voorzitter (aftreding
in 1913)
G. A. M. Groeneveldt (aftreding in 1910)
A. J. A. Verschraage (aftreding in 1912);
H. J. A. Feber (aftreding in 1911) en
jhr. mr. G. Six, secretaris (aftreding in 1914).
AHoogere burgerschool met vijf-jarigen cursus.
i". Het personeel der hoogere burgerschool onderging dit
jaar geene wijziging. Alleen werd de heer A. van Herk, sedert