Ill
IV. Arbeidswet.
Aantal fabrieken en werkplaatsen, alwaar in 1910 ge
durende korteren of langeren tijd door personen beneden
16 jaar of door vrouwen werd gewerkt286
Aantal uitgereikte arbeidskaarten in 1910492
Aantal geldige arbeidskaarten op 30 November 1910:
voor jongens van 1216 jaar471
voor meisjes van 12—16 jaar272
Aantal vrouwen boven 16 jaar, dat in den loop van
het jaar 1910 in de bedoelde inrichtingen werkzaam was 118
Aantal der door de gemeente-politie in 1913 verrichte
inspectiën2 algemeene en 160 gewone.
Aantal der in 1910 door de gemeente-politie opgemaakte
processen-verbaal23
V. Brandweer.
Het personeel der brandweer bestond op 31 December 1910 uit
1 opperbrandmeester,
1 adjunct-opper brandmeester,
17 brandmeesters,
1 opzichter van het materieel,
1 bode,
104 brandgasten.
125 personen.
Van hetgeen verder met betrekking tot de brandweer en de
brandbluschmiddelen valt op te merken, wordt verwezen naar
het afzonderlijk verslag van het college van brandmeesters,
hetwelk als Bijlage N bij dit verslag is gevoegd.
VI. Openbare verlichting.
De openbare verlichting geschiedt door middel van gas, ont
leend aan de gemeente-gasfabriek.
De toestand dier fabriek is omstandig blootgelegd in het
hierachter opgenomen verslag (Bijlage 0).
k