153
De commissie van toezicht op het lager onderwijs was op
31 December 1910 samengesteld uit de volgende heeren
jhr. mr. G. Six, voorzitter.
W. G. H. Rombouts.
H. A. Sassen.
mr. P. M. J. E. Bloemarts.
A. J. A. Verschraage.
E. J. M. de Bruijn.
dr. G. J. Nijhuis, secretaris.
Met uitzondering van de meisjesschool, wordt onderwijs ge
geven in de vrije en orde-oefeningen der gymnastiek sinds
2 September 1902. Vóór dien tijd werd steeds vrijstelling voor
het doen geven van dat onderwijs verkregen.
Bij besluit van gedeputeerde staten dezer provincie werd
aan deze gemeente voor den tijd van vijf jaren, ingegaan 2 Sep
tember 1907, ontheffing verleend van de verplichting tot het
doen geven van onderwijs in het vak, vermeld in artikel 2,
onder j der wet op het lager onderwijs, ten behoeve van de
openbare meisjesschool.
Deze zijn de volgende
1. Eene school voor jongens en meisjes, vanwege het
departement „Breda" der maatschappij tot Nut van 't
Algemeen.
2. Eene meisjesschool vanwege alsvoor.
3. Eene school voor jongens, den R. K. godsdienst be
lijdende (Institut Sint Antoine), Sint Janstraat.
4. Eene school voor meisjes, den R. K. godsdienst belij
dende (Liefdegesticht aan de Nieuwstraat).
5. Eene school voor jongens en meisjes, den Hervormden
godsdienst belijdende (Diaconieschool).
Commissie van toezicht.
Vrije en ordeoefeningen der gymnastiek.
b. Bijzondere scholen.