Bijlage J. 8 Haagdijk 221, 223, 225, 227, 229, 231,233,235,237,257. 3. Gedurende de jaren 1903 tot en met 1910 werden door de commissie onderzocht totaal 803 woningen, waarvan 36 werden onbewoonbaar verklaard en 644 geheel verbeterd83 kregen eene andere bestemming, de overige moeten nog verbeterd worden. 4. Telken jare wordt vanwege de commissie de aandacht der bevoegde autoriteiten gevestigd op woningen in vorige jaren geinspecteerd ten einde te kunnen nagaan of de voorgeschreven verbeteringen ook inderdaad zijn aangebracht. Een bijzonder register is aangelegd betreffende alle onder zochte woningen. Op deze wijze wordt het woningonderzoek systematisch voort gezet. Tot de woningen door de commissie onderzocht en nog steeds niet voldoende verbeterd behooren 1 woning op het Nonnenveld no. 98. 1 woning Beijerd no. 29. 1 schuur Nieuwe Huizen no. 71 1 woning Keizerstraat no. 34. (Nieuwe voorschriften voor slachterij.) 1 woning Nieuwe Ginnekenstraat no. 40. 1 woning Keizerstraat no. 21. 2 woningen Oude vest nos. 20 en 22. 2 woningen Nonnenveld nos. 96 en 96a (gekocht door ge meente). 3 woningen Potkanstraat 12, 12a, 14a. 13 woningen Jan van Polanenkade nos. 34 tot en met 45 en 29. 1 woning Boschstraat no. 42. 2 woningen Dijkje nos. 23 en 24. 12 woningen Tramsingel nos. 45, 46, 62, 63, 64, 65, 66, 67, 68, 69, 70 en 71. 5= De naamlooze vennootschap „Volkshuisvesting" voltooide in 1910 den bouw van 71 arbeiders-woningen, welke alle in gebruik zijn genomen en bewoond.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1910 | | pagina 267