31 Bijlage J. „groente de actie tegen tin behoort te worden voortgezet. Het „is mij aangenaam U in verband hiermede reeds te kunnen „mededeelen, dat de spinazie in bussen te Breda opvallend aan „het verdwijnen is. „Uwe gewaardeerde berichten gelegener tijd gaarne tegemoet „ziende, heb ik inmiddels met de meeste hoogachting de eer te zijn „Uw Dienstw. Dien. „De Directeur v. d. Keuringsdienst, (get.) VERWEY. Naar aanleiding hiervan richten B. en W. van Breda tot de Gezondheidscommissie het verzoek, hare meening te willen uit spreken over deze aangelegenheid. De Gezondheidscommissie verzond daarop aan den heer Hoofd inspecteur der Volksgezondheid een schrijven van dezen inhoud „Naar aanleiding der moeielijkheden, die de directeur van den „gemeentelijken keuringsdienst te Breda, de heer Dr. Verweij „te Rotterdam ondervond ten gevolge van zijn streven om, „wegens het aanwezig zijn van belangrijke hoeveelheden tin in „postelein, asperges en spinazie, ingemaakt in bussen, en in andere „groenten, ingemaakt in niet of niet goed geverniste bussen, (zie „bijgaand verslag omtrent het toezicht op voedingsmiddelen en „gebruiksartikelen in de gemeente Breda over het jaar 1909, „blz. 3032) het verkoopen van niet in flesschen ingemaakte „postelein, asperges en spinazie en van niet in goed geverniste „bussen ingemaakte andere groenten te doen ophouden, verzocht „Dr. Verweij aan B. en W. van Breda, de meening der Ge zondheidscommissie voor de gemeente Breda te vragen, aan gaande de gedragslijn, die ten opzichte van tin in groenten „uit bussen behoort te worden gevolgd. B. en W. voldeden aan „dit verzoek. De Commissie besloot echter, tot het geven van „advies aan B. en W. nog niet over te gaan, doch, daar het „haar zeer gewenscht voorkomt, dat overal in ons land door „keuringsdiensten dezelfde gedragslijn ten opzichte van tin in „groenten uit bussen wordt gevolgd, en dit geschieden zal, „Rotterdam, 17 Mei 1910.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1910 | | pagina 287