Bijlage J. bij het vervoer en in de verkooplokalen werd na gebleken onwilligheid door den keurmeester-monsternemer proces-verbaal opgemaakt. In het algemeen kan de toestand niet ongunstig worden ge noemd. Het verwondert mij zelfs, dat na kennisneming van de onbeschrijflijke vormen van onzindelijkheid, welke ik bij de melk- winning in de stallen somtijds aantrof, de melk over het alge meen nog in een zoo behoorlijken staat van reinheid wordt afgeleverd. Het aandringen op eene verbeterde Alteratie heeft in vele gevallen geholpen. De theoretische beschouwingen omtrent de belangen der „hygiene" bij de melkwinning, waarvan men veel hoort en leest, gaven alle reden tot instemming voor degenen, die het goed met de gezondheidsbelangen voorhebben, maar vooral voor hen, die deze hygiënische beschouwingen kunnen begrijpen. Wanneer men echter de praktijk goed onder de oogen ziet en nagaat aan wie eigenlijk de melkwinning is toevertrouwd, resp. van wie de toe passing der hygiënische voorschriften wordt verlangd, dan behoeft men al weinig kijk op de zaak te hebben om duidelijk in te zien, dat de tijd nog verre is, dat het begrip „hygiene" in zijn waren vorm tot de melkslijters zal zijn doorgedrongen, althans zóóver door hen zal worden begrepen, om er afdoende resultaten van te mogen verwachten. Het begrip reinigen, stofvrij-houden enz., zooals de hygiene dit eischt, speelt bij het meerendeel der melkslijters niet alleen bij de melkwinning, doch in het alge meen in hun dagelijksch leven een zeer ondergeschikte rol. Aan de hygiënische leer, zou toch voor de melkslijters wil ze goed worden begrepen en toegepast een sociale hervorming moeten voorafgaan. De woningtoestanden en levens-omstandig heden der melkslijters zijn ten eenenmale onvoldoende. Van deze menschen is m. i. zonder meer een toepassing der hygiënische voorschriften, zooals deze zoo herhaaldelijk voor de melkwinning terecht als noodzakelijk worden voorgesteld, niet te verwachten. Waar ik hier doel op de omstandigheden onder welke de melk wordt gewonnen, wil ik niet minder wijzen op een leemte ten opzichte der hygiene wat betreft den gezondheidstoestand van 22

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1910 | | pagina 318