Bijlage S.
36
C. De gemeente-teekenschool.
Van de gemeente-teekenschool kan over het jaar 1910 het vol
gende worden vermeld
1. Het personeel onderging dit jaar ééne wijziging. Aan den
heer F. de Zwart, sedert 1 October 1905 leeraar in het bouw
kundig teekenen, werd in de raadszitting van 12 Augustus 1910
op zijn verzoek eervol ontslag verleend, met ingang van 1 October
d. a. v. In hem verloor de teekenschool een bekwaam leeraar. In
de raadszitting van den 17en September 1910 werd in de ont
stane vacature voorzien door de benoeming van den heer A.
Cantrijn, meubelfabrikant alhier.
Door deze benoeming werd in eene reeds lang gevoelde be
hoefte voorzien het onderwijs in het vak-meubelteekenen kon
nu worden opgedragen aan een leeraar, die eene speciale studie
van het meubel gemaakt heeft.
Bij den aanvang van het cursusjaar 19101911 was het
personeel toch niet voltallig. Aan den heer J. W. Kannemans
moest wegens ziekte een langdurig verlof verleend worden.
Eerst met 1 Januari 1911 zal de heer Kannemans zijne lessen
geleidelijk weer hervatten. Tijdens zijne afwezigheid werden zijne
lessen opgedragen aan den heer S. Boot, teekenaar aan de
machinefabriek „Breda." Ofschoon de heer Boot zich zeer goed
van zijne moeilijke taak kweet, mag hier een woord van wel-
gemeenden dank niet onthouden worden aan den heer P. J. C.
van Meerendonk, chef-teekenaar van het teekenbureau van die
zelfde inrichting, voor den door hem zoo geheel belangloos ge
geven steun aan de leiding van het onderwijs in het machine-
teekenen gegeven.
Het personeel der gemeente-teekenschool bestond op 1 Januari
1911 uit de heeren
J. N. Tj. Buining, directeur, leeraar in het handteekenen
J. J. Harte, hoofdleeraar in het vakteekenen aan timmerlieden
en smeden
W. P. Mulder, leeraar in het vakteekenen aan schilders