en één verzocht had nog een jaar de lessen te mogen volgen, wat hem was toegestaan, terwijl de overigen het diploma kon worden toegekend, waaronder 4 zich bijzonder hadden onder scheiden en wel aan A. Heijnemans, M. Puts, Ch. van Esch en Th. van Rooij, het diploma le klasse met prijs in gereedschappen ter waarde van f 25,—. J. Vlind, C. Brouwers, H. Reichardt, Ch. van Mechelen, C. van Keep, F. van der Sande, A. Bakx, A. Mol, G. Martens, J. Theeu- wis, J. Bogaard, Ch. van Roermond, C. Dirven, G. Leeman, P. Gelens, P. Verduijn, M. Gelens, Ch. van Dongen, N. Mol, P. Roovers, A. v. d. Werff, G. van der Griendt, L. Poth, W. Hurks, A. van Nijnatten en J. van Wolven, het diploma met prijs in gereedschappen ter waarde van f 10, M. Nelissen, G. de Craen, J. Boonstra, C. Snoeijs, J. Nuijten, J. Bos, W. v. d. Linden, A. Bourgeois, P. Melkstop, G. de Visscher, Th. Cuisenier, L. Smulders, W. Kievit, G. van Gils, J. Jansen, A. Klijs, P. Helmonds, P. Moelands, A. van Gestel, J. Bakker, O. de Jonge, A. Leijenhorst, C. Bongers, W. Meurer, J. Hopstaken en P. van Loon, het diploma met prijs in gereed schappen ter waarde van f 7,50. F. van Pruissen, J. Wirken, W. Mensen, L. Goijarts, J. van Boxsel en A. van der Put, het diploma met prijs in gereedschap ter waarde van f 5, Als de laatste uit handen van den voorzitter zijne onderscheiding had ontvangen, richtte hij nog eenige hartelijke woorden tot hen, hen aanmanende steeds ondergeschikt te zijn aan hunne patroons en zij steeds moesten bedenken, dat hier op de school slechts de kiem gelegd was, van hetgeen zij later zouden moeten worden. Daarom maande spr. hen aan, in moeilijke omstandigheden steeds te rade te gaan met oudere werklieden, want, zegt hij, voor U is nog veel te leeren. De burgemeester wijdde daarop een woord van dank aan directeur en onderwijzers voor de vele moeite en zorgen in den afgeloopen cursus aan de jeugd besteed. Wij zijn overtuigd, zegt hij, van Uwe opoffering en toewijding, maar tevens ook dat BIJLAGE T 6

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1910 | | pagina 510