gevoelen door algemeene deelname van minvermogenden aan de
bestaande begrafenisfondsen, is ook voor het afgeloopen jaar
van toepassing.
Hoewel een groot deel dezer behoeftigen lieden zijn, die wegens
gebrek of schaarschheid aan werk in hunne woonplaatsen trach
ten elders aan den arbeid te komen, valt het toch niet te ont
kennen, dat ook een voornaam gedeelte hunner zoogenaamde
landloopers zijn die zich in den regel aanmelden bij de maré
chaussee gestationeerd te Teteringen in de onmiddelijke nabijheid
van Breda, en die, na aldaar nachtverblijf en voeding te hebben
genoten, hunne schreden richten naar Breda en zich dan op het
late avonduur bij de politie aanmelden om onderdak of voeding.
Vooral in den laatsten tijd neemt dit sshrikbarend toe. Dit
laatste biijkt duidelijk hieruit, dat in het afgeloopen jaar aan
1056 personen voeding, nachtverblijf en reisgeld werd verstrekt
waarvoor een uitgaaf van f 158,70 noodig was, terwijl in het
jaar te voren hun aantal daartegen 688 bedroeg en de uitga
ven f 109,465.
Melden zij zich in den loop van den dag aan dan wordt hun,
wanneer zij zulks verlangen, voeding, bestaande in brood en
koffie, verstrekt, en, zoo het noodig blijkt, tot op billijken
afstand vrij vervoer verleend.
Bij aanmelding daarentegen in den laten avond of op een
uur, dat geen vervoer meer plaats heeft, wordt hun nachtver
blijf en voeding verstrekt.
Slechts in onvermijdelijke gevallen worden zij in een logement
onder dak gebracht.
Bij het verleenen van vrij vervoer wordt het daarvoor benoo-
digde reisgeld ten kantore onzer administratie door een beambte
der politie in ontvangst genomen,
Door de zorg der politie wordt betrokkene voorzien van een
reisbiljet, terwijl de daarmede belaste beambte zich overtuigt
dat het vertrek werkelijk plaats heeft.
BIJLAGE X.
8
e. Reisgelden en kosten van nachtverblijf en voeding
aan doorreizende behoeftigen.