Besluit tot onderhandsche verhuring aan den heer Jhr. C. C. Six van het koetshuis achter het pand, genaamd „het Liggend Hert" aan de Groote Markt. Vaststelling eener verordening op de heffing en invordering van rechten voor diensten der gemeente-reiniging. Besluit tot het beschikbaar stellen van een schoollokaal ten behoeve van een cursus ter opleiding van assistent-directeuren van stoomzuivelfabrieken. Benoeming van mej. M. E. C. van Son tot onderwijzeres aan de openbare school aan de Middellaan. 23 Juli. Besluit, waarbij opnieuw voor het cursusjaar 1910/1911 zijn benoemd tot leeraren aan de hoogere burgerschool de heeren D. -J. van Enst en dr. J. H. H. Houben. Besluit tot onbewoonbaarverklaring van de woningen aan den Haagdijk nos. 221, 223, 225, 227, 229, 231, 233, 235 en 237. Besluit tot het toekennen eener subsidie van f 25,ten behoeve van de door de turnvereeniging „Prins Hendrik" uit geschreven wedstrijden. Afwijzende beschikking op een verzoek van mr. W. H. A. Elink Schuurman te Hilversum, om voorwaardelijke deelneming aan een op te richten bond voor onderlinge brand- en inbraak verzekering. Besluit om toe te treden tot het lidmaatschap der nationale vereeniging voor handelsonderwijs tegen eene jaarlijksche con tributie van f 10, Besluit tot uitbreiding van de lokalen der ambachtsschool. Besluit tot opheffing van den borgtocht ad f 3000,gesteld door wijlen den heer P. W. Paijens, in leven directeur der gas fabriek en waterleiding. Vaststelling eener verordening tot aanwijzing van inkomsten en ontvangsten der gemeente, welke door andere ambtenaren dan den gemeente-ontvanger zullen worden ingevorderd. Interpellatie van het raadslid, den heer van Huiten, over het optreden der gemeente-poli tie tegenover de burgerij. 68

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1910 | | pagina 77