20
Uit bovenstaande resultaten van het melkonderzoek blijkt,
dat de toestand betreffende de samenstelling der volle melk
op nieuw is verbeterd. D. w. z. het aantal monsters,
waarvan het onderzoek resulteerde met een soortelijk ge
wicht lager dan 1.029 en een vetvrije droogrest lager dan
80Ai was geringer dan in 1910, hetgeen wijst op minder
vervalsching. Daarentegen blijken de resultaten betreffende
het vetgehalte iets ongunstiger of zijn deze practisch ge
sproken eigenlijk gelijk gebleven. Er werden toch dit jaar
in verhouding enkele monsters meer aangetroffen met een
vetgehalte lager dan 2.8% dan dit in het vorige jaar het
geval was.
De abnormaal warme zomer van dit jaar is vermoedelijk
niet geheel zonder invloed gebleven op de samenstelling
der melk. In de zomermaanden is de toestand ongunstiger,
terwijl eerst met de maand November een belangrijke
verbetering intreedt.
1910. 1911.
Aantal onderzochte Aantal onderzochte
monsters 5 78. monsters 546.
Soortel. gew. lager dan 1.029 Soortel. gew. lager dan 1.029
123 monsters 21.2'5.4% 86 monsters 15.8
Vetvr. droogr. lager dan 87n Vetvr. droogr. lager dan 8°/o
173 monsters 29.9"5.2" In 134 monsters 24.7"In
Vetgehalte lager dan 2.8" Vetgehalte lager dan 2.8"
114 monsters 19.7°In 116 monsters 21.2"In
De zuurgraad bleef doorgaans beneden het vereischte
maximum 8, en de melk werd in het algemeen, ook in de
warmste maanden, voldoende versch afgeleverd. Herhaal
delijk werd een te hoog katalasecijfer geconstateerd, hetgeen
mij dan, met het oog op event, uiergebreken of ziektetoe
standen der melkdieren, aanleiding gaf bij de betrokken
veehouders op het onmiddellijk inwinnen van veeartsenij-
kundig advies aan te dringen. In twijfelachtige gevallen
werden door de keurmeesters-monsternemers herhaaldelijk
Bijlage J.
Verbetering.